342 aufnahmen im Ingenieurbauwesen legt Löschner (Did.) de nadruk op het belang van vastlegging van exacte waarnemingen op verschillende tijdstippen en in verschillende stadia van een bouwwerk, waardoor behalve controle op constructie en uitvoering ook juridische bewijsvoering mogelijk wordt. Zimmerman (Did.) behandelde de landmeetkundige problemen bij bruggen bouw, het resultaat van een studie door een groep Duitse deskundigen. De vergadering van de studiegroep Jancovic-Lazzarini, die op een tijdstip viel waarop ook Commissie 5 vergaderde, heb ik niet bijgewoond. Van de behandelde publikaties is zeker die van een Poolse groep vermeldens waard. De leiding van de Commissies 5 en 6, resp. in handen van Draheim (Did.) en Matthias (Zwitserland), kan niet anders dan voortreffelijk worden ge noemd. Beiden hadden te kampen met de slechte voorbereiding van de Italianen, vooral door de niet tijdige verspreiding van rapporten, die zelfs tijdens het congres nauwelijks waren te vinden. Tekenend was ook, dat de eerste dagen geen diaprojector en filmprojector op tijd ter beschikking werden gesteld. Terecht werd er van verschillende zijden gewezen op het nut van een contact-secretaris uit het organiserende land. Dat de bijeen komsten van deze Commissies geslaagd mogen worden genoemd, werd bewezen door de enthousiaste instemming van de deelnemers met de her benoeming van de voorzitters. Ir. G. A. van Wely Commissies 7, 8 en 9 De oorspronkelijk tot de taak van Commissie IV behorende activiteiten op het gebied van de stedebouw en de planologie zijn na het Xe congres in Wenen gedelegeerd aan de uit drie commissies samengestelde werkgroep C. Het gebied van deze werkgroep wordt thans wel aangeduid als,,De techniek van de onroerende eigendommen". Dit werkgebied is weer onderverdeeld in: „Juridische en sociologische aspecten van de stedebouw" (Comm. 7) „Uitbreidingsplan en ruimtelijke ordening" (Comm. 8) „Waardebepaling en beheer van onroerend goed" (Comm. 9). Op dit congres was de regeneratie van oude stadskernen als congresthema gekozen. Deze beperking van studiegebied gold voor elk der drie commissies. Omdat verschillende bijeenkomsten van de Commissies 7, 8 en 9 samen vielen was het de verslaggever niet mogelijk alle vergaderingen bij te wonen. Elk van de commissies stelde evenwel een aantal conclusies als resultaat der vergaderingen op. Bovendien legde het gekozen congresthema een beperking op aan de te bespreken onderwerpen in elk der commissies. Deze beperking heeft er waarschijnlijk aan meegewerkt, dat in de resultaten een overlapping van de uitkomsten van ieder der Commissies 7, 8 en 9 valt te bespeuren. De taak van de landmeters bij de regeneratie van oudere stadsdelen ver schilt van land tot land. Bovendien moet deze vernieuwing in een aantal landen nog beginnen of is nog maar net op gang gekomen, zoals in ons land. Deze verschillen in aanpak en ervaring leidden tot verschillende benadering van de problematiek. Hieruit kan worden verklaard, dat de discussies soms verward waren en er veel langs elkaar heen werd gepraat. Uit de in Commissie 7 ter tafel gebrachte nationale rapporten viel af te leiden dat in de meeste landen het stedebouwkundig ontwerpen tot de taak van de lagere overheid behoort, maar dat goedkeuring van hoger gezag wordt vereist voor de uitvoering van een plan tot stadsuitbreiding of stadsver nieuwing. Soms houdt deze goedkeuring ook de toetsing aan regionale plannen en nationale plannen in. In Finland genieten de grote gemeenten (steden) autonomie bij het ontwerpen en uitvoeren van stedebouwkundige plannen, terwijl de landelijke gemeenten goedkeuring van hoger gezag voor de uitvoering van deze plannen behoeven. In de meeste landen ontbreekt tot dusverre een wettelijke regeling voor de

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1965 | | pagina 72