ze, naar ik aanneem met voldoende nauwkeurigheid, zijn uitge
bakend. Voorlopige berekeningen hebben aangetoond dat de hoeken
die Van Musschenbroek gebruikt meebrengen dat zowel k als m
ten noorden van die verbindingslijn ligt. Hun loodrechte afstand
tot die lijn bedraagt resp. ca. 32,0 m (8,50 roeden) en 33, 5 m (8,90
roeden). Om de beide punten nu toch op die lijn te brengen moeten
dus de basishoeken van de driehoeken kmN en kmL worden ge
wijzigd. Ik heb dat zó gedaan dat, zowel in k als in m, de positieve
correctie A in de ene driehoek gelijk is aan de negatieve in de
andere. De som van de hoeken, resp. i8o°22' en i35°54' ondergaat
dus geen verandering. De berekening van A in m heb ik in fig. 5
toegelicht.
6i
NOORDWIJK
WARMOND
-O
o-*
RIJNSBURG
EIDEN
Fig. 5-