heidsaansluitingen en het transformeren van grote aantallen punten van modelcoördinaten in R.D.-coördinaten. Alhoewel speciaal dit laatste op een daartoe aangeschafte rekenmachine (dubbele Bruns- viga met drie instelwerken) vrij vlug ging, kostte het rekenwerk veel tijd; bovendien konden reken- en vooral schrijffouten slechts door tijdrovende controles worden opgespoord. Daar ook de omvang van het werk steeds toenam, is in i960 be sloten over te gaan op elektronisch rekenen. Als eerste stap daartoe is het druktelwerk van de Stereoplani- graaf vervangen door een Ecomat; dit apparaat registreert de coördinaten en het puntnummer niet alleen op papier maar gelijk tijdig ook in ponsband. Dit laatste product kan in principe direct als invoer voor de elektronische rekenmachine worden gebruikt. De Ecomat bleek, zoals min of meer te verwachten was, met een aantal kinderziekten behept te zijn: aanzienlijk meer storingen dan in het druktelwerk, incidentele onjuistheden in de tientallenover- dracht, voorkeur voor even getallen. Na het aanbrengen van een aantal verbeteringen, waartoe het apparaat o.a. een keer terug is geweest naar de fabriek, heeft het redelijk voldaan. Daarbij dient men te bedenken dat, ondanks preventief onderhoud, storingen nooit geheel zijn te voorkomen; van belang is de frequentie ervan en de snelheid waarmee ze kunnen worden verholpen. De ponsbanden worden nu eerst nog gecontroleerd en eventuele verbeteringen worden aangebracht. De berekeningen werden uit gevoerd op de Stantec Zebra aan de Afdeling Bewerking Waar nemingsuitkomsten van het T.N.O. in Den Haag. Als methode werd gebruikt een strokenvereffening met een tweedegraads inter polatieformule (aansluiting aan paspunten in begin, midden en eind van de strook)lange stroken werden in gedeelten behandeld. De coördinaten van punten die in twee stroken voorkwamen, werden, met een tolerans afhankelijk van de opnameschaal, ge middeld. Het eindproduct was een verzameling kaartjes Ivad. nr. 47 met daarop puntnummer en X- en Y-coördinaat in het R.D.-stelsel. De verdere bewerkingen (sorteren voor het aanleggen van de plans en later op numerieke volgorde) geschiedden met de hand. De eigenlijke programmering is op grond van de door de F.D. verstrekte gegevens uitgevoerd door het T.N.O. Enkele nuttige eigenschappen van het programma waren: willekeurige ligging en aantal van de paspunten, puntnummering volledig vrij, automati sche opsporing van fouten en verdergaande berekening bij over- bepaalde gelijkvormigheidstransformaties na uitschakeling van deze fouten. De ontwikkeling van 1963-1965 In 1963 is aan het I.T.C. een numerieke methode van blok- vereffening ontwikkeld, die wordt aangeduid met de naam ,,An- blok". De F.D. besloot direct op deze methode over te gaan, hoewel 128

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1966 | | pagina 14