consequenties had. Uit de gemeten punten diende een selectie te
worden gemaakt ten behoeve van de blokvereffeningtevens moesten
deze punten worden vernummerd. De resultaten van Anblok om
vatten vanzelfsprekend alleen de R.D.-coördinaten van de geselec
teerde punten; de overige punten, het merendeel, moest nog in een
volgende fase, met behulp van de Anblokuitkomsten, worden na-
getransformeerd
In eerste aanleg is, o.a. voor de al gemeten blokken, een groot
deel van deze werkzaamheden manuaal uitgevoerd. De al voorziene
nadelen in de vorm van schrijf- en ponsfouten bleken inderdaad op
te treden. Daar de rekenmachine in het algemeen ook met onjuiste
gegevens de berekening uitvoert, werd het definitieve resultaat
pas na een aantal doorrekeningen en na het aanbrengen van de
nodige verbeteringen in de invoerponsbanden bereikt.
Er is dan ook direct gestart met het ontwikkelen van een nieuwe
werkwijze die zoveel mogelijk automatisch zou verlopen. Hoewel
niet alle fasen gelijktijdig zijn ingevoerd en ook de vervanging van
de Zebra van het T.N.O. door een andere computer, de Elliot 503,
complicaties opleverde, zal hier slechts de definitieve werkmethode
worden behandeld. Deze is te splitsen in de volgende etappes:
1V oorbereiding
Door de bureaus belast met de terrestrische werkzaamheden
worden aan de F.D. geleverd papierafdrukken van de luchtfoto's
met daarop aangegeven de gesignaliseerde punten met hun num
mers en verdei een coördinatenlijst van de paspunten. De Afdeling
Voorbereiding selecteert nu de punten voor de blokvereffening en
voorziet deze op de afdrukken van een tweede, voor Anblok passend
nummer.
Indien nodig worden nog geprikte punten (stereoscopische punts-
overdracht) toegevoegd. Vernummeringsproblemen doen zich hier
bij niet voor daar deze punten door de F.D. worden gecreëerd. Alle
punten voor de blokvereffening worden op de papierafdrukken zo
danig gemarkeerd dat ze duidelijk zijn te onderscheiden van de
overige.
2. Meting
Na oriëntering van het model in een beeldenpaarinstrument moet
de waarnemer op een bepaalde manier meten, nl. eerst de groep
blokvereffeningspunten in numerieke volgorde, hierna een fictief
punt met nummer 9999 en dan, willekeurig, de overige punten. De
meting geschiedt in twee series, een heen- en een teruggang. Een
exact aanhouden van de (omgekeerde) volgorde bij de teruggang
is niet noodzakelijk, wel splitsing in twee groepen. De resultaten
worden automatisch geregistreerd in ponsband en op papier
(figuur 1).
130