139
met cartografische ontschranking, doorgaans een affien karakter
hebben, terwijl de fotogrammetrische ontschranking wordt ge
karakteriseerd door de projectieve transformatie.
Beide vormen van ontschranking worden sinds 1962 toegepast
bij de Fotogrammetrische dienst van het Kadaster.
Het doel van dit artikel is de lezer bekend te maken met de prak
tische werkmethoden die ten aanzien van deze technieken bij de
bovengenoemde dienst worden gevolgd. Er zal niet worden ingegaan
op de meetkundige achtergronden van de ontschranking; deze
kunnen in ieder leerboek van de fotogrammetrie worden bestudeerd.
2. Fotogrammetrische ontschranking
Bij de fotogrammetrische ontschranking beperkt men zich ge
woonlijk tot de optisch-mechanische werkwijze door gebruik te
maken van ontschrankingsinstrumenten. Het in dit artikel genoem
de ontschrankingsinstrument is het Selbstfokussierendes Ent-
zerrungsgerat (SEG V) van de firma Zeiss.
Dit instrument (fig. 1) is gedeeltelijk geautomatiseerd, zodat
van de vijf vrijheidsgraden die gewoonlijk in ontschrankings
instrumenten aanwezig zijn, twee (nl. de negatiefverschuivingen)
automatisch worden bestuurd door een klein ingebouwd analoog
werkend rekenapparaat. Er resteren drie vrijheidsgraden nl. twee
draaiingen van het tafelblad en de vergrotingsinstelling. Aan de
lenzenformule en aan de scheimpflugvoorwaarde wordt eveneens
automatisch voldaan.
In vergelijking met oudere ontschrankingsinstrumenten is de
bediening van het SEG V, als gevolg van deze automatiseringen,
aanzienlijk vereenvoudigd. Desondanks is gebleken dat het nood
zakelijk is de automatische negatiefverschuivingen (vluchtpunts-
besturing) uit te schakelen, indien aan de inpassing hoge nauw-
keurigheidseisen worden gesteld. De globale inpassing wordt
bereikt met automatische vluchtpuntsbesturing waarna de resteren
de afwijkingen worden weggenomen o.a. met handbediening van
de vluchtpuntsbesturing.
2.1. De vervaardiging van vergrote, ontschrankte luchtfoto's
In de eerste fase van de ruilverkavelingswerkzaamheden wordt
tijdens de eerste schatting praktisch alleen van vergrote luchtfoto's
gebruik gemaakt om hierop schattingsgrenzen en andere gegevens
van de schatting te kunnen aangeven. In vele gevallen stelt de
ruilverkavelaar prijs op vergrotingen die tevens ontschrankt zijn,
in het bijzonder indien de luchtfoto's convergent zijn opgenomen.
De moeilijkheid is echter dat in deze, eveneens beginfase van het
fotogrammetrisch kaartvervaardigingsproces nog niet kan worden
beschikt over de voor de ontschranking noodzakelijke inpaspunten
die normaliter via de ruimte- of analytische triangulatie met de
daaropvolgende blokvereffening in een later stadium worden
verkregen. Ten einde nu toch al per foto de beschikking te hebben