kleinere schaal, kan worden gebracht. De ontschrankte kaart kan
dan in de reproduktiecamera door eenvoudige vergroting op de
gewenste schaal worden gebracht.
De lijndikte is door deze drie opnamen sterk toegenomen;
bovendien is van het positieve vervormde origineel een negatieve
ontschrankte kaart verkregen.
Wil men beide bezwaren ondervangen, dan kan de derde opname
op fotogevoelig stabilene worden vastgelegd. De in dikte toegenomen
lijnen kunnen dan zuiver in hun middens worden gegraveerd,
waarmee over de gehele kaart weer een uniforme lijndikte wordt
verkregen, en waarna het dan ontstane negatieve beeld fotografisch
kan worden gekopieerd op bijv. gewapend papier.
Het ontschranken van de van het origineel vervaardigde ver
kleining kan in het ontschrankingsinstrument geschieden met de
empirische methode. Om vooraf te kunnen nagaan of de verkleining
een zodanige lengte-ontschranking heeft ondergaan dat hiervan
met één opname de juiste gedaante van de kaart kan worden
verkregen, kunnen ook langs rekenkundige weg instelwaarden
van het ontschrankingsinstrument worden berekend. Overschrijden
deze instelwaarden het bereik van de oriënteringselementen, dan
weet men dat het onmogelijk is een goede inpassing te verkrijgen.
Er zal dan eerst een andere verkleining van de vervormde kaart
moeten worden gemaakt, waarna een nieuwe berekening plaats
vindt.
De formules, die aan de berekening ten grondslag liggen, zijn
ontleend aan [3].
4. Slotbeschouwing
Het feit dat de enkelbeeldfotogrammetrie tijdbesparend is ten
opzichte van de beeldenpaarfotogrammetrie heeft er samen met de
gedachte dat deze techniek met vrucht in grote delen van ons vlakke
land kan worden toegepast, toe geleid dat de beschreven werkme
thoden zijn ontwikkeld. Een ander voordeel, hoewel dit nog niet
in zijn totaliteit wordt uitgebuit, is de verkrijging van het totaal
beeld van het terrein, waarop de kaartgebruiker de voor zijn doel
noodzakelijke lijnen aangeett.
Van de tijdbesparing moet men zich evenwel geen overdreven
voorstelling maken.
Tevens is er van de voorwaarde uitgegaan dat de fotogram-
metrisch berekende meetkundige grondslag van de vervaardigde
kaart hierop, onafhankelijk van de ontschranking, moet zijn aan
gegeven door kaartering vooraf. In feite gebeurt dit ook bij de
beeldenpaarfotogrammetrie.
Wat de voordelen bij het gebruik in de praktijk van een met
behulp van de enkelbeeldfotogrammetrie vervaardigde kaart zijn,
zou m.i. beter in een volgende aflevering van dit tijdschrift door een
of meer gebruikers kunnen worden uiteengezet.
I5i