beide; wij kiezen daarvoor ALGOL. Van deze taal wordt in het
volgende hoofdstuk een overzicht gegeven.
Hoofdstuk 2: Enkele kenmerken en begrippen uit de
rekentaal ALGOL.
Bij de definitie van ALGOL heeft men enerzijds getracht een
zo groot mogelijke leesbaarheid en eenvoud in het gebruik te
verkrijgen. Anderzijds heeft men gestreefd naar een zo groot
mogelijke eenduidigheid, om te bereiken dat de taal in principe bij
elke rekenautomaat te gebruiken zou zijn. Daartoe moest men
abstraheren van een aantal eigenschappen, die specifiek zijn voor
bepaalde typen van rekenautomaten. Van bepaalde eigenschappen,
die voor het programmeren van groot belang zijn, treft men dan
ook niets in de definitie van ALGOL aan.
Enkele van de belangrijkste punten, waarover het officiële
ALGOL-rapport [4] zich niet uitspreekt, zijn:
1. De wijze van in- en uitvoer.
2. De wijze van eventueel gebruik van massageheugens.
3. De grenzen die gesteld zijn aan het aantal grootheden als
parameters, indices e.d., dat in een programma voor mag komen.
4. De grenzen die gesteld zijn aan de grootte van de getallen,
die in het programma optreden.
Verder komt het voor, dat men bij het vervaardigen van een
ALGOL-vertaler speciale eisen stelt, waar ALGOL zelf vrijheid
laat. Sommige mogelijkheden die door ALGOL worden opengelaten,
zijn soms slechts met zeer veel moeite in een ALGOL-vertaler
te realiseren. Voorziet men nu dat deze mogelijkheden slechts in
geringe mate zullen worden gebruikt, dan sluit men ze soms uit.
Men acht dan de voordelen die men van een gebruik van deze
mogelijkheden kan hebben, niet op te wegen tegen de extra moeilijk
heden die men ondervindt bij de constructie van de vertaler.
Hoewel men er wel naar streeft, zal het nooit geheel te bereiken
zijn dat een ALGOL-programma, op een bepaalde ALGOL-vertaler
afgestemd, zonder meer te gebruiken is met een andere ALGOL-
vertaler. Speciaal de omschakeling op een vertaler waarin minder
ALGOL-faciliteiten zijn ingebouwd, zal ernstige moeilijkheden
kunnen geven.
Een voorbeeld
Een van de bedoelingen van ALGOL is, programma's te kunnen
vervaardigen die een grote leesbaarheid bezitten. Dat dit doel
voor een goed deel is bereikt, kan gedemonstreerd worden aan de
hand van het reeds in het vorige hoofdstuk gegeven voorbeeld:
x doorloopt de waarden 0.1, 0.2, 100. Voor al deze waarden
van dient y berekend te worden uit de veelterm
y ((((«5* ai)x as)x aèx ai)x ao (2.1)
192