217
In het kader van de automatisering in de fotogrammetrie hield
Prof. Van der Weele een voordracht over orthoprojectie. Aan
principe, uitvoering van enkele instrumenten en het praktisch
gebruik van orthofoto's werd aandacht besteed.
Een dialoog over het probleem van de hoofdpunten werd gevoerd
door Prof. Baarda en Prof. Van der Weele. Uiteraard was
daarbij primair in hoeverre de mogelijkheid aanwezig is hoofd
punten te bepalen door verdichting van een gegeven puntenveld
met behulp van fotogrammetrische metingen.
Over de mogelijkheden van fotogrammetrische hermetingen
werd een voordracht gehouden door Ir. W. Sonnenberg en wel
aan de hand van een inmiddels in dit Tijdschrift (blz. 117 e.v. van
deze jaargang) gepubliceerd artikel over dit onderwerp.
Zoals was te voorzien, draaide het bij de steeds na een voordracht
volgende discussie in hoofdzaak om het begrip nauwkeurigheid, een
typisch aspect overigens van post-academiale cursussen op ons
vakgebied. Het duurde evenwel tot de discussie na de laatste
voordracht eer algemeen de mogelijkheden van de fotogrammetrie,
in het bijzonder voor de vervaardiging van kaarten op grote schaal
van dorpen en dorpsuitbreidingen en voor de bepaling van hoofd
punten, werden aanvaard. In feite werd door het betoog van Ir.
Sonnenberg een antwoord gegeven op enkele vragen die Prof.
Baarda stelde in zijn voordracht „Schimmenspel en maatschappij"
(gepubliceerd in Geodesia, jg. 1966, blz. 49 e.v.). Dat een student
het wel eens mis kan hebben met zijn beweringen in verslagen,
werd een ieder duidelijk; tevens dat bij het Kadaster, althans bij
de Fotogrammetrische dienst, juist bijzonder veel aan onderzoe
kingswerk is gedaan. Maar dit is slechts een bijkomstig resultaat
van de post-academiale cursus.
Bij de eerste voordracht van Prof. Roelofs kwam mij plotseling
de befaamde ster-vlucht in de gedachten, waarover aan het eind
van de jaren dertig onze oud-leermeester Schermerhorn zo
enthousiast kon vertellen. Thans kom ik tot de conclusie, dat er
in zekere zin weer een dergelijke vlucht heeft plaats gevonden, nl.
een van geodeten uit alle delen van het land, die gedurende een
week hebben getracht hun plaats in de moderne fotogrammetrie
te vinden. Dat de meeste deelnemers ongetwijfeld deze plaats
zullen hebben gevonden met een zeer geringe standaardafwijking,
moet worden toegeschi even aan het hoge peil waarop het gebodene
stond. Daarvoor past een woord van lof aan alle docenten; voor de
goede organisatie van het geheel zijn de cursisten uiteraard extra
dank verschuldigd aan de cursusleider.
H. L. van Gent