206 hiervoor nodige opdrachten treft men aan in regel 70-74, 84-85, 101-104, 114-115, 149-152. 177-181. !95. 214-217 en 220-223. Voor de hiervoor uit te voeren testen is nog een speciale procedure ontworpen, om na te gaan of een opgegeven puntnummer wel oneven is, en ook of het niet te groot of te klein is. Dat is de proce dure testno(i) (regel 39-42). Deze procedure van het type boolean heeft tot uitkomst true als i even is, groter is dan 2nz 1 of kleiner dan 1V oor alle andere gehele waarden voor i krijgt de procedure tot uitkomst false. 2. Alle richtingen, argumenten en hoeken zijn steeds bekend en worden berekend in decimale graden. De goniometrische standaard functies werken echter in radialen. Op verschillende plaatsen in de procedures is daarom herleiding nodig (regel 59, 166). Daarom wordt in regel 1 het getal p veiklaard en de juiste waarde toegekend. 3. De standaardfunctie arctan (x) levert een argument gelegen tussen de waarden 71/2 en -j- 71/2. Om de gebruikelijke waarde voor het argument tussen o en 400 gr te verkrijgen is een kleine her leiding nodig, die men aantreft in de regels 59-62. 4. Van alle lengteverhoudingen, lengten en lengtegetallen worden de natuurlijke logaritmen gebruikt. Daarom is soms een herleiding nodig met behulp van de exponentiële functie (bijv. regel 169). 5. Het is in ALGOL toegestaan verklarend commentaar op te nemen, dat alleen maar dient om de leesbaarheid van het program ma te verhogen, en niet voor de machine bestemd is. Eén van de vormen van toegestaan commentaar is opname na het standaard woordje end. Het commentaar moet dan worden besloten door een Van deze mogelijkheid is gebruik gemaakt in het puntbepalings- proceduresysteem door aan het einde van elke procedure de naam van de procedure als commentaar op te nemen. 6. De procedureverklaringen worden voorafgegaan door een aantal andere verklaringen (regel 1-7). Dit is noodzakelijk omdat door de procedures gebruik wordt gemaakt van een aantal roosters, gehele getallen en logische grootheden, die tevoren moeten worden verklaard (regel 3-7). De grenzen van de gebruikte roosters bevatten de parameters nz, «pi en «lam, die door de gebruiker zelf moeten worden vast gesteld. Daartoe moeten buiten het .blok, waarin de door de proce dures te gebruiken roosters zijn verklaard, de parameters nz, «pi en nlasa worden verklaard en gelezen (regel 1 en 2). In feite is dus het weergegeven geheel van procedures met voorafgaande overige verklaringen meer dan een proceduresysteem, het is het begin van een programma. Dit heeft tot consequentie dat het toe te voegen stuk programma, waarin van de procedures gebruik wordt gemaakt, besloten wordt door twee maal de op- drachthaak end, dit om het aantal malen begin en end aan elkaar gelijk te doen zijn.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1966 | | pagina 32