Men onderscheidt verschillende soorten contactrasters.
Het magentaraster heeft rasterpunten in de kleur magenta. Bij
gebruik van een rose filter ontstaat een snellere sluiting van de
punten. Deze methode is geschikt voor offset. Geel licht geeft
minder snelle sluiting, evenals toepassing zonder filter. Deze
methode is geschikt voor boekdruk.
Het patraraster is door het I.G.T. ontwikkeld in samenwerking
met het Engelse Patra Institute. Het is geschikt voor rasternega-
tieven voor offset en voor boekdruk, mits wat dit laatste betreft de
cliché's volgens het éénfase-procédé worden geëtst.
Het paworaster is bestemd voor negatieven en maakt ook nog
verschil in basiscontrast, dwz. het raster is bestemd voor negatieven
met kleine of grote toonomvang.
Het kettingraster vertoont in de middentonen elliptische punten.
De rasterpunten hebben een grijze kleur. Ter voorkoming van
moiré-figuren bij combinatiedruk wordt voor magenta het raster
90° gedraaid op de normale richting van het magentaraster. Men
verkrijgt met dit raster strakkere middentonen, omdat de sluiting
van de rasterpunten in twee fasen geschiedt, eerst aan de uiteinden
van de lange assen en later aan de uiteinden van de korte assen van
de elliptische punten. Er blijven dus nog twee plaatsen over waar
een geringe afbreking van de toonwaarden kan plaatshebben, doch
hiervan is weinig te bemerken. De autoscreenfilm heeft een inge
bouwd contactraster. Lichte toonwaarden van het model dringen
dieper door in de film en door het raster en vormen overlappende
punten. De donkere toonwaarden van het model raken nauwelijks
de rasterpunten. De scherpte is zo goed, dat tekst en beeld gelijk
tijdig kunnen worden gereproduceerd, zonder veel tekeningverlies.
c. Plakrasters
Bij de plakrasters zijn de lijnen, punten of andere symbolen die
de halftonen moeten geven volkomen scherp en dekkend aange
geven. De rasters zijn aangebracht op zelfklevende film of papier,
voorzien van een folie die als beschermlaag dient en die vóór het
plakken gemakkelijk kan worden verwijderd. Het raster wordt, in
verband met het contactliggen bij het afdrukken of het maken van
kopieën, aangebracht aan de onderzijde van de film. In verband met
de geringe dikte van de film kan dit gebeuren met de beeldzijde
naar boven, waardoor geen beschadiging van het beeld optreedt. Bij
plakrasters op papier wordt het raster op de tekening geplakt, al
vorens deze door de camera wordt opgenomen.
Rasters in de cartografie
In de cartografie wordt veelvuldig gebruik gemaakt van rasters,
niet zo zeer om continu verlopende toonwaarden te verkrijgen, als
wel ter verkrijging van meerdere tinten in één kleur om het aantal
drukgangen te beperken. Vaak kan men zelfs uitgaan van het
driekleurenprocédé, waarbij men door het gebruikmaken van
304