25
zijn vaak zeer groot. De invloed van de reeds eerder genoemde fictie
dat Snellius zijn metingen in het projectievlak der R.D. heeft
uitgevoerd (blz. 10) verzinkt erbij in het niet. De zeer grote
vectoren in Haarlem (102 m), Amsterdam (104 m), Alkmaar (90 m),
Breda (92 m) en Bergen op Zoom (90 m) vormen een bevestiging
van mijn reeds eerder geuite kritiek op de sterkte van de constructie
van het driehoeksnet.
In wel heel grote tegenstelling tot de tegenwoordige eenvoudige
coördinatenrekening komt in fig. 4 tot uiting hoe omslachtig het in
Snellius' tijd was om uit zijn driehoeksnet het doel van zijn
Bz
Fig. 4