37
onderwerpen. Ze werden niet alle op de zittingen behandeld. Elke
zitting was gewijd aan een groep onderwerpen die min of meer
onder één hoofd konden worden samengevat, zodat de volgende
indeling tot stand kwam voor de zeven werkzittingen, die elk een
morgen of een middag in beslag namen:
1. Algemene onderwerpen. Notatie en symbolen. Diverse reken
wijzen.
2. Mathematische statistiek, besliskunde en andere recente
theorieën, toegepast op de numerieke geodesie.
3. Numerieke problemen, geen vereffeningsproblemen zijnde.
4. Vereffeningsproblemen.
5. Idem.
6. Gebruik van rekenautomaten.
7. Diversen en resoluties.
Iedere werkzitting stond onder voorzitterschap van een daartoe
aangezochte, in het betrokken gebied vooraanstaande deelnemer.
Tijdens de eerste zitting hield R. Hirvonen (Finland) een pleidooi
voor meer eenheid in notaties. Bij de discussie werd erop gewezen
dat er veel verschillende smaken en behoeften zijn en dat het
allereerst gewenst is meer eenheid in de terminologie te brengen.
A. Bjerhammar (Zweden) gaf nog eens een overzicht van de
principes van zijn gegeneraliseerde matrixalgebra. H. Moritz
(Duitsland) behandelde verschillende methoden om uit gegeven
discrete functiewaarden tussengelegen waarden benaderd te bere
kenen met behulp van polynomen van Bernoulli en spectraal-
analyse. Deze methoden zijn ontwikkeld met het doel een aanvulling
te geven, die soms nodig is bij het gebruik van gemiddelde waarden
voor de zwaartekrachtsanomalieën.
Bij de statistisch getinte onderwerpen gaf W. Baarda (Neder
land) een inleiding over zijn breed opgezette rapport „Statistical
concepts in geodesy", dat de fundamentele problemen van o.a.
parameterschatting, onderscheidingsvermogen van toetsen en
modeltheorie in een geodetisch kader belicht. L. Kubacek (Tsjecho-
slowakije) gaf een grondige behandeling van een elementair toet
singsprobleem nl. de significantie van het verschil tussen twee
waarnemingen van dezelfde grootheid. J. E. Alberda (Nederland)
schetste aspecten van de besliskunde, die voor de geodeet van
belang kunnen zijn. A. Marussi (Italië) vertelde over toepassingen
van de theorie der tijdreeksen op aardgetijden- en andere waar
nemingen. Helaas was van zijn werk geen schriftelijk rapport
beschikbaar.
De numerieke problemen niet betrekking hebbend op vereffe
ningen werden vooral vertegenwoordigd door ellipsoïdische en
ruimtelijke berekeningen. E. Sodano (U.S.A.) gaf naast een
aanvulling van zijn vroeger werk op het gebied van het tweede
hoofdprobleem der geodesie een methode voor de „reductie" van