73 specteur nog, of de in de successieaangifte voorkomende gegevens juist waren. Helaas is hierin echter sinds enige tijd een verandering ten slechte opgetreden, welke moet worden geweten aan de navol gende oorzaken. Allereerst worden steeds meer successieaangiften niet langer door een notaris verzorgd, doch door accountants, administrateurs, boekhouders en zelfs in steeds stijgende mate door de belangheb benden zelf. Zolang dit ter zake kundige lieden zijn, kunnen tegen deze gang van zaken weinig bezwaren worden ingebracht. Dikwijls worden de aangiften echter verricht door personen, die iedere des kundigheid op dit gebied missen. Met name moet in dit opzicht worden gedacht aan de successieaangifte door de belanghebbenden zelf via de zogenaamde formulieren als bedoeld in art. 16 Uitvoe ringsbeschikking Successiewet 1). Zelden of nooit hebben degenen die op deze wijze aangifte doen namelijk voldoende kennis van de wettelijke bepalingen op het gebied van het erfrechtmen denke slechts aan art. 963a BW om nog maar te zwijgen van de wet telijke bepalingen op het gebied van onroerende goederen en van het kadaster. Daarnaast wordt door de Inspecteur tegenwoordig in een veel geringer mate controle uitgeoefend op successieaangiften die kleine nalatenschappen betreffen. Dit vindt zijn oorzaak in hetop zich zelf toe te juichenfeit, dat de algemene vrijstellingen die thans in de Successiewet gelden voor verervingen in de rechte lijn, in de laatste tijd in belangrijke mate zijn verhoogd 2). Dit heeft echter ten gevolge, dat aangiften in kleine nalatenschappen voor de Inspecteur niet meer fiscaal interessant zijn, hetgeen op zijn beurt weer met zich medebrengt, dat hij deze aangiften niet, of niet voldoende meer controleert op onjuistheden. En in deze gevallen wordt de aangifte juist gedaan door de belanghebbenden zelf via het formulier als bedoeld in art. 16 Uitvoeringsbeschikking Suc cessiewet. Door de hierboven geschetste gang van zaken valt bij kleine nalatenschappen zowel de controle van het notariaat als die van de Inspecteur op de juistheid van de in de successieaangifte vermelde vererving en de verdere rechtstoestand van onroerende goederen weg. In het register registratie nr. 51 zullen dus vaak foutieve gegevens worden vermeld en de ambtenaren van het kadaster zullen deze gegevens, voor zover zij de onjuistheid daarvan niet aan de hand van het in hun eigen registers vermelde kunnen nagaan, in de kadastrale boekhouding verwerken. Deze formulieren kunnen alleen voor een aangifte worden gebruikt als: a. uitsluitend de echtgenoot en/of de verwanten in de rechte lijn erfgenaam zijn; b. het zuivere saldo van de nalatenschap niet meer bedraagt dan f50 000, of ieders verkrijging uit dat saldo niet meer dan f. 10 000, 2) De kapitaal vrij stelling van een echtgenote bedraagt thans f. 250 000, die van een ouder f. 50 000,en die van andere bloedverwanten in de rechte lijn f. 6 000,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1967 | | pagina 19