76
moet het kadaster een zo getrouw mogelijke weergave bieden van
de rechtstoestand van de grond. En juist in dit opzicht gaat het
kadaster door de chaos, die in de kadastrale registers ontstaat als
gevolg van de vele onjuiste, aan door ondeskundigen opgestelde suc
cessie-aangiften ontleende tenaamstellingen, zienderogen achteruit.
Gezien het bovenstaande is het duidelijk, dat er op korte termijn
maatregelen dienen te worden genomen om aan deze steeds was
sende stroom van onjuiste tenaamstellingen in de kadastrale
registers paal en perk te stellen.
Allereerst dient men de formulieren als bedoeld in art. 16 Uit
voeringsbeschikking Successiewet af te schaffen, zodat degenen die
iets aan te geven hebben voor de successie worden gedwongen zelf
een successie-aangifte op te stellen. Weliswaar blijft de kans dat
een successie-aangifte door een ondeskundige wordt opgesteld,
bestaan, doch de ergste beunhazerij wordt hierdoor tegengegaan.
Het opstellen van een successie-aangifte, die voldoet aan de eisen
die de Successiewet daaraan stelt, vraagt nu eenmaal een zekere
kennis van de bepalingen van deze wet, die iemand die zich niet in
deze materie heeft ingewerkt mist.
Om het ontstaan van onjuiste tenaamstellingen bij het kadaster
ten gevolge van onjuist gedane successie-aangiften verder te voor
komen, staan twee wegen open.
In de eerste plaats kan worden bepaald, dat de gegevens, die uit
ingediende successie-aangiften blijken, niet meer in het kadaster
verwerkt mogen worden. De betrokken percelen blijven dus bij het
kadaster op naam van de erflater staan totdat er een akte van
boedelscheiding wordt overgeschreven. Willen de erfgenamen voor
dien deze percelen reeds op naam hebben, dan kunnen zij dit
bereiken door een verklaring van erfrecht te laten over schrijven
in de openbare registers, in welke verklaring van erfrecht, anders
dan dit tegenwoordig het geval is, de tot de nalatenschap beho
rende percelen dienen te worden vermeld en te worden gespecifi
ceerd door middel van de kenmerken, waaronder zij bij het kadaster
bekend staan.
Hoewel de hierboven beschreven wijze van handelen op zich
zelf zeer aannemelijk lijkt, zijn er desondanks enige grote bezwaren
aan verbonden. Als voornaamste van deze bezwaren mag wel het
feit worden genoemd dat het in de praktijk vaak zal voorkomen,
dat de belanghebbende erfgenamen verzuimen de tot de nalaten
schap behorende percelen op eigen naam te laten stellen, waardoor
zij op naam van de erflater blijven staan, totdat de nalatenschap
eindelijk eens wordt gescheiden en verdeeld. Vooral in streken van
ons land waar de neiging bestaat om een nalatenschap maar in het
onverdeelde te laten, kan deze scheiding en verdeling lang op zich
laten wachten. Geen notaris zal immers wijzen op de daaraan
verbonden kwalijke gevolgen. Komt het tenslotte tot een scheiding,
dan zal het namelijk vaak voorkomen, dat een der erfgenamen
inmiddels zelf is overleden met achterlating van minderjarige