som van declinatie, eigen fout en meridiaanconvergentie op nul
te stellen, zodat argumenten worden afgelezen.
Zou de bespreking van de nauwkeurigheidswaterpassing waarbij
de bel wordt afgelezen (Cohen Stuart, biz. 307) niet beter kunnen
worden vervangen door een methode met automatische water
pasinstrumenten
Fig. 75-1 (voorbeeld aflezing schaalmicroscoop) en fig. 76 (op
tische micrometer) zijn vrijwel onbekend. Te verkiezen zijn af-
leesvoorbeelden van theodolieten van een gebruikeüjk type, bijv.
Wild T 16 en T iA, Askania Tts en Tt, of van enkele andere merken
waarbij de fabrikant twee gelijke instrumenten in de handel brengt,
alleen verschillend in de af leesmethode, en het aan de koper overlaat
hieruit een keuze te doen.
Het heeft mij, ook bij de voorgaande drukken, steeds verwonderd
dat de schrijvers bij de uitvoerige behandeling van de optiek,
i.e. de vergroting, de relatieve helderheid niet noemden. Beginne
lingen kunnen niet weten dat vergroting ten koste van de helderheid
gaat.
De fotogrammetrie is zeer goed besproken.
Ir. C. J. W. de Jong
ii5
Nederlandse Landmeetkundige Federatie
Jaarverslag over 1966
Het Hoofdbestuur kwam in de verslagperiode driemaal bijeen, te weten op
ii februari, op 21 juni en op 18 november 1966. De beknopte verslagen van
deze vergaderingen werden opgenomen in het Tijdschrift voor Kadaster en
Landmeetkunde, jg. 1966, resp. blz. 112 en 232 en jg. 1967, blz. 53.
Op 20 mei 1966 werd in de nieuwe Aula van de Technische Hogeschool in
Delft een studiedag gehouden, die was gewijd aan het onderwerp: ,,Een ver
gelijkend onderzoek tussen de meetlijnenmethode en de voerstraalmethode
in vlak land" (automatisering bij de voerstraalmethode). Na een inleidende
beschouwing door Prof. ir. G. F. Witt werden achtereenvolgens voordrachten
gehouden door Ir. G. Jacobs (Werkzaamheden en ervaringen bij de terrein
metingen in Suawoude), Ir. M. J. M. Bogaerts (Resultaten van nauw-
keurigheidsonderzoek, automatisering van de grootteberekening en kaar-
tering) en Ir. M. J. Hoek (Automatische verwerking der gegevens), waaraan
Prof. Witt tot slot een nabeschouwing toevoegde. Het gesprokene en een
samenvatting van de discussie werden in de vorm van een speciale publicatie,
verzorgd door Prof. Witt en zijn staf, aan de leden van de bij de N.L.F.
aangesloten verenigingen toegezonden.
Na afloop van het wetenschappelijke programma werd de huishoudelijke
vergadering gehouden. Voor het verslag van deze vergadering, dat tevens
een overzicht geeft van de overige activiteiten van de Federatie, wordt
verwezen naar het Tijdschrift, jg. 1966, blz. 230.
Op 4 en 5 november 1966 werd in Amsterdam een tweedaags congres
gehouden, waarbij ook de dames aanwezig waren. Het wetenschappelijk
gedeelte stond in het teken van de stedelijke planologie. Achtereenvolgens
werden op de eerste dag inleidingen gehouden door Mr. W. Brussaard
(Geodetische voorschriften in de planologische wetgeving), Drs. F. Grunfeld
(Sociaal onderzoek en planning), Ir. M. P. Blaauw (Verstedelijking) en Ir.