Vereniging voor Kadaster en Landmeetkunde
170
Notulen van het openbaar gedeelte van de Algemene Vergadering gehouden
te Apeldoorn op 14 oktober 1966.
Aanwezig volgens de presentielijst 89 leden en buitengewone leden.
Te weten:
Baarda, Berends, Van den Berg, Van Berk, J. H. B. van Beukering,
J. M. van Beukering, Beukman, Bierma, Bloemena, Boer, Bonekamp,
Bruinsma, Docxers van Leeuwen, Doekes, G. C. Dogterom, W. A.
Dogterom, Van Drogenbroek, R. S. Dijkstra, Edel, Eggen, Eggink,
Flinterman, Goinga, Govers, H. H. de Groot, W. de Groot, W. J.
Hemmes, Hennink, Heij, Homan, Van den Hoonaard, G. Jacobs, Jas-
perse, Jonkers, Joosten, De Koning, Krietemeijer, Van Lent, Lode-
wijks, Mantel, Martel, Massink, Meiborg, Meijer, Van der Molen,
Morrema, Van der Most, E. Muller, W. Muller, Van Nes, Nottelman,
Te Nuyl, Oosting, Outmans, Ouwerkerk, Pieterson, Polman, Quist,
Resink, De Ridder, Van Roermund, Rogge, Roos, G. H. M. Sanders,
School, Smit, Snijder, Van der Tak, Tamminga, A. Timmerman, J.
Timmerman, Terpstra, I. P. Toussaint, P. J. Toussaint, Ultee, Van der
Veen, Vink, Van Vliet, De Vries, Warners, W. A. van der Werff,
Westerbeek, Wiersma, De Wit, Wolters, D. van der Wulp, P. van
der Wulp, Wijtema.
IOpening.
De voorzitter Ir. A. H. van der Most opent rond 14.00 uur de vergadering
en verwelkomt de leden en buitengewone leden. Als plaats van vergadering
is deze keer Apeldoorn gekozen teneinde de leden kennis te laten maken
met deze plaats, die op het punt staat de standplaats voor de centrale
diensten van het Kadaster te worden (dit in de plaats van het overigens meer
centraal gelegen Amersfoort).
Een bijzonder woord van welkom richt de voorzitter tot Prof. Baarda,
die zich spontaan bereid verklaarde tijdens deze vergadering een causerie
te houden, alsmede tot lr. Meerdink, wetenschappelijk hoofdmedewerker
aan de T.H. en tot hun helpers.
Tenslotte kan de voorzitter tot zijn vreugde begroeten de voorzitter van
het Landmeetkundig Gezelschap „Snellius", de heer Vermeulen.
In verband met de op handen zijnde wijziging in de maatschappelijke
waardering voor de landmeter van het Kadaster is zijn aanwezigheid van
groot belang.
De voorzitter roept daarna in herinnering de leden en oud-leden, die sinds
de vorige Algemene Vergadering zijn overleden: H. J. Grooters, A. C. J.
Hof, J. H. Sanders, A. W. B. de Bie, Prof. F. A. Vening Meinesz en
Ir. Th. Hemmes. Vooral degene, die met zijn aanstekelijk enthousiasme
steeds de vergaderingen bijwoonde, wordt op deze dag zeer gemist. Ter
nagedachtenis van hen worden enige ogenblikken stilte in acht genomen.
Vervolgens richt de voorzitter gelukwensen tot de heren A. Daanje en
Ir. R. J. de Wit naar aanleiding van hun koninklijke onderscheidingen
in het afgelopen jaar.
Hierna stelt de voorzitter aan de orde de punten, die in het afgelopen
jaar de belangstelling van de Vereniging hadden.
Allereerst het rapport van de Staatscommissie in zake het Kadaster.
Was het bestuur het vorige jaar optimistisch gestemd m.b.t. de voortgang
van de behandeling van het Rapport ten departemente en m.b.t. de voor
bereidingen voor een openbare behandeling van het ontwerp Kadasterwet,
gezien het stilzwijgen alom op dit punt is het bestuur bepaald niet opti
mistisch meer. Hoewel thans op het Ministerie van Financiën wel andere
zaken aan de orde zijn, zaken van landsbelang, meent de voorzitter dat dit
niet wegneemt, dat een deugdelijke juridische basis en een zelfstandige
Rijksdienst voor het Kadaster van het allergrootste belang blijven. De
huidige situatie waartegen al 80 jaar is gestreden, blijft onjuist, al zou men