173
Vervolgens wordt het bestuursvoorstel de voorzitter en de secretaris
aan te wijzen als vertegenwoordigers in het hoofdbestuur van de N.L.F.
aanvaard.
VII. De voorzitter geeft hierna het woord aan Prof. ir. W. Baarda voor
het houden van zijn voordracht, getiteld „Gedachten omtrent nieuwe
ontwikkelingen in de puntsbepaling".
Na het uitspreken van een gelukwens met betrekking tot de nieuwe
titulatuur voor de landmeter van het kadaster zet Prof. Baarda de doel
stelling van zijn voordracht uiteen.
De door hem ontwikkelde theorie, die zijn oorsprong vindt in de behoefte
landmeetkundige rekenproblemen ten behoeve van computerbewerkingen
te generaliseren, dient aan de praktijk te worden getoetst. Daartoe is samen
werking wenselijk met het kadaster, waar zich de vraagstukken van ver
dichting en vereffening van meetkundige grondslagen in de praktijk voordoen.
Hierna geeft Prof. Baarda aan de hand van enige praktijkgevallen aan,
welke mogelijkheden de ontwikkelde theorie biedt en tot welke inzichten
zij kan leiden.
Evenwel moet vóór de keuze uit deze mogelijkheden inzicht bestaan in de
te verwachten menselijke en instrumentele fouten. Om vooral de menselijke
fouten te leren kennen is de bovenbedoelde samenwerking wenselijk. Een
dergelijke samenwerking heeft in de afgelopen zomer plaats gevonden rond
het Snekermeer. Aan de hand van dia's worden de mogelijkheden en moeilijk
heden die zich daarbij hebben voorgedaan getoond.
Spreker beëindigt zijn voordracht met het uitspreken van de bereidheid
van de zijde van de Technische Hogeschool samen met het kadaster de
voorkomende geodetische vraagstukken te analyseren en de meest juiste
oplossing te kiezen.
Tijdens de discussie worden verschillende vragen gesteld en door de
spreker beantwoord. Een samenvatting van de lezing zal, mede aan de
hand van deze discussie, mogelijk later worden gepubliceerd.
De voorzitter dankt de spreker voor zijn bereidheid hedenmiddag deze
voordracht, waarin een complexe materie met complexe getallen werd
benaderd, voor onze Vereniging te houden.
VIII. Rondvraag. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt.
IX. Sluiting.
Te i 17.00 uur sluit de voorzitter onder dankzegging voor de belang
stelling de 82e Algemene Vergadering.
De secretaris,
Ir. W. J. Bonekamp
Verslag van de derde internationale cartografenconferentie
Van 16 tot 22 april 1967 is in Amsterdam in het R.A.I. congrescentrum
de derde internationale cartografenconferentie gehouden, die is georganiseerd
door de cartografische sectie van het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig
Genootschap. Deze cartografische sectie onder voorzitterschap van Prof. dr.
F. J. Ormeling, is lid van de International Cartographical Association. Deze
I.C.A. organiseert wetenschappelijke bijeenkomsten die samenvallen met
I.G.N. congressen en die om de vier jaar worden gehouden. Tussentijds,
meestal halverwege de I.G.N. congressen, wordt een conferentie belegd, die
ten doel heeft cartografische vraagstukken te bestuderen door middel van
voordrachten en discussies. In dit licht moet ook deze conferentie in Amster
dam worden bezien. Een „beperkt" aantal deelnemers, ongeveer 275 personen
uit een dertigtal landen, kon hieraan deelnemen.
Er waren vijf commissies, die de navolgende onderwerpen behandelden.
1) Opleiding. 2) Standaardisering van cartografische begrippen. 3) Automati
sering in de cartografie. 4) Kaart en kleur. 5) Thematische cartografie.
De conferentie werd op maandag 17 april door Brigadier D. E. O.
Thackwell, president van de I.C.A. geopend. Verder voerden bij de opening
nog het woord Dr. Koets, wethouder van Amsterdam, Dr. ir. Koeman,