een kleiner aantal kolommen, dus een efficiënter gebruik van de
kaart, mogelijk wordt, denkbaar is, is, terwille van de aansluiting
met het in de legger gebruikelijke systeem, bovenbedoelde werk
wijze gekozen. Voor teller en noemer zijn elk vier posities beschik
baar. De hele rubriek is een voorbeeld van enkele bezwaren der
mechanisatie. Ten eerste moet er altijd iets in staan. Is iemand
enig eigenaar, een i en een i. Dat is, bij manuaal werken, in dit
geval overbodig. Ten tweede zijn in eenvoudige, dus de meeste,
gevallen, zes van de acht beschikbare kolommen leeg. Ten derde is,
in extreme gevallen, de capaciteit onvoldoende. Er komen in de
legger veel ingewikkelder breuken voor dan zulke waarbij men met
vier cijfers voor teller en noemer (vooral de laatste!) zou kunnen
volstaan. Er moet dan weer „geschematiseerd" worden. Hoe, zal
blijken bij de behandeling van het „namenponsdocument". Ook
dit vraagstuk is in feite weer onoplosbaar door de, in wezen, onbe
grensdheid der gegevens. Gebruik van tiendelige breuken zou, zeker
in extreme gevallen, vergemakkelijking brengen.
Daar de kaarten in kwestie zowel hetartikel''Lals het „aandeel"
weergeven, werden ze ook wel „artikel"-, c.q. „aandeel-kaarten"
genoemd. M.i. is de benaming „zakelijk-recht-kaart" de beste, daar
het „ZR" het meest wezenlijk gegeven is dat de kaarten bevatten.
Dit houdt trouwens meteen de andere gegevens in.
5-5- De perceelkaart. SK en Rvk-nummer vinden we, als
steeds, ook in de perceelkaarten terug. Over de „schatting" (5-8)
spreken we nog. (Zie par. 9.4 en 9.5.) Tot en met „NW" (27) zullen
verder de rubrieken, dank zij het voorgaande, wel duidelijk zijn.
ZR wordt alleen ingevuld (geponst) bij pacht- enz.-kaarten. „Con
sort" (30) wordt van een ,,C" voorzien in de „consortperceelkaarten"
die voor de x ca uit de in de vorige paragraaf behandelde tenaam
stellingen als: A en Cons.; Cons.: B voor x ca., worden aangelegd.
Nu volgen weer enige rubrieken die voor zichzelf spreken. Voor
„Sectie" zijn twee kolommen gereserveerd (31-32), omdat er secties
bestaan die met een lettercombinatie zijn aangeduid. Bovendien is,
voor de toekomst, gedacht aan een cijfercode voor „Sectie". En
dan zijn zeker meer dan tien mogelijkheden nodig. Een cijfercode
is (voor ons!) aantrekkelijker dan een lettercode voor dit gegeven.
In de eerste plaats is alfabetisch sorteren altijd omslachtiger dan
numeriek rangschikken. In de tweede plaats is „Sectie", temidden
van numerieke perceelgegevens, vrijwel het enige alfabetische
element. Dat veroorzaakt extra moeite. En bovendien (soms)
fouten bij het sorteren. Voor het publiek is een letter op deze plaats
weer prettiger dan een cijfer.
Kolom 43 is nodig voor „gedeeltelijke percelen". In zo'n geval
wordt in deze kolom een „G" geponst. „Grootte" (44-50) spreekt
voor zichzelf. Ook hierbij valt weer een oneconomisch, en toch niet
afdoend, gebruik van kolommen op.
Over de „toedelingswaarde" spraken we reeds in par. 2.1 en
219
