235
door één of meer duokaarten vervangen. Daar mutaties ook het
zelfde „incidentele" karakter dragen dat het voorkomen der thans
behandelde details kenmerkt, worden ook daarvoor, in beginsel,
duokaarten gebruikt. Voor de uniformiteit (de „mutatiekaarten"
gaan op den duur de oorspronkelijke „overheersen") en de veilig
heid (MS-kaarten moeten enige malen heen-en-weer worden
gezonden) worden de MS-kaarten door de I.B.M. van meet af aan
in, daarmee wat de ponsingen betreft identieke, duokaarten
„gereproduceerd". Van het begin der verkaveling af krijgt men
zodoende feitelijk slechts met de laatste te maken. De MS-kaarten
fungeren derhalve slechts als „aanloop".
Omdat de duokaarten, achteraf gezien, enkele gebreken ver
toonden, is later de percelenlijst voor mutaties ingevoerd. We
komen hierop nog terug.
Een systematisch overzicht van de wijze waarop en van de
volgorde waarin perceelgegevens worden verzameld en vastgelegd,
biedt het bijgaande overzicht, dat thans wel voor zichzelf spreekt.
7.4. De naamkaart-ponsdocument. Betrof het voorgaande
de aanvulling van het „percelenbestand", de voornaamste gegevens
die we aan de opgeslagen artikelen moeten ontlenen, betreffen de
namen der betrokken eigenaren. Het daarvoor bestemde document
ziet eruit als is afgebeeld op blz. 236. Het bestaat uit drie stukken.
Na vaststelling van naam en nummer der betrokken verkaveling
stempelt men deze gegevens in de daarvoor bestemde ruimte aan
de bovenkant van de kaart. Vervolgens vult men de ruimte daar-
Volgorde waarin perceelgegevens worden verzameld
ie fase:
ie fase:
Plan
Sectie
Blad (ev. ged. v.e. blad)
Nummer (ev. ged. v. e. perceel)
Gegevens C.D. (Cultuur)
Aanduiding Gemeente: Stansen
RuilverkavelingsnummerStansen
2e fase
Reg. 71
(c.q. Reg. 71
en Reg. Hyp
69a)
Ruit (letter en nummer)
Grootte (c.q. Reg. Hyp. nr. 69a)
Artikel
3e fase
Legger
N.W.
B.P. en/of B.L. of andere aantekening
Ged.
Cons.
Bij ontdekking details 3e fase M.S.-kaarten lichten en vervangen door
duokaarten.
Na verwerking der gegevens uit elk der eerste twee fasen, worden door de
I.B.M. de M.S.-kaarten, door reproduktie, vervangen door duo-kaarten.
Bij de laatste fase ontstaan vanzelf duokaarten. Deze fungeren derhalve
als de eigenlijke perceelponskaarten.