238
voorop gezet. Zo wordt bij ons Carolina Knarsbonker, gehuwd
met Jan Xavier van Ratburg, genoteerd als:
SK 11 C.V. RATBURG-KNARSBONKER,
SK 21 CAROLINA VAN
SK 31 GM JAN XAVIER VAN RAT-
SK 32 BURG.
enz.
Als belangrijk gegeven dat vaak pas in dit stadium kan worden
toegevoegd, moet de geboortedatum worden genoemd. Voor rechts
personen worden nullen ingevuld, voor overledenen achten. Blijft
de geboortedatum onbekend (meestal is betrokkene dan in het
bevolkingsregister ook niet te „traceren"), dan worden negens
gebruikt. Blijkt iemand overleden te zijn, dan laten we zijn (achter
naam voorafgaan door: „De Erven".
Na voltooiing dezer zg. „opschoning" wordt het middenstuk der
kaarten (Kaartindeling/N.A.W.-gegevens) ingevuld. Het voorbeeld
van blz. 236 wijst aan hoe. Letters worden in de hokjes geschreven,
cijfers op de lijnen, zoals dit bij kadastrale rekenformulieren
gebruikelijk is. Voor de code SK wordt die van blz. 224 toegepast
(in het onderstuk staat geen code SK vermeld, omdat die daar
onveranderd „71" is). In de vakjes R 19, enz. kan men t.z.t. gegevens
t.a.v. betrokkene noteren m.b.t. pacht, hypotheek, enz.
Het rechteronderstuk der kaarten blijft leeg. Het kan worden
gebruikt om, wanneer men om de een of andere reden de stemming
niet m.b.v. de computer wil (kan) laten berekenen, dit „met de
hand" te kunnen doen. Om in dat geval de uitslag te kunnen
noteren, is het vak „Uitslag stemming" bedoeld, rechtsbovenaan.
Daarin wordt, naar gelang van omstandigheden, „Tegen" gestem
peld.
Een uitvoerige instructie, die zoveel mogelijk in elk voorkomend
geval voorziet, licht het met de invulling der kaarten belaste
personeel in omtrent de te volgen weg. De grote verscheidenheid
van mogelijkheden maakt helaas een simpele aanwijzing tot een
vrome wens.
Na invulling van het middendeel (naamponsdocument) worden
de kaarten opnieuw gealfabetiseerd. Nu op grond van wat in dat
deel staat. Dit betekent o.a. dat gehuwde vrouwen thans onder
hun mansnaam optreden. Vervolgens worden ze „alfabetisch
genummerd" (zie par 5.2 en 5.3). Daarmee is het (de) „Naamkaart-
Ponsdocument" (NKPD) voltooid.
Na volledige invulling der NKPD's moeten deze worden verponst.
Hiertoe staat een schrijvende ponsmachine, met controlepons
machine, ter beschikking. Daarbij ontstaan kaarten als ponskaart 3.
Het „controleponsen" is nodig om het ponsen in de eigenlijke
ponsmachine te controleren. Als de „controleponster" iets anders
ponst dan de eigenlijke ponster (uit hetzelfde document!), stokt de
controlemachine. Deze beitelt geen ponsingen in de kaarten, maar
tast a.h.w. met stompe pennen de al of niet aanwezigheid van