heeft daarvan dan ook gebruik gemaakt. De drie in par. 8.1 ge
noemde kaartbestanden worden daartoe op evenzovele banden
overgebracht („card-to-tape"). Daar een band zich weliswaar snel
laat verwerken, maar moeilijk incidenteel laat muteren (men kan
niet willekeurig gegevens invoegen!), blijven de kaartbestanden
voor het toepassen van mutaties bewaard. (Zie par. 13.2.)
Bij massale verwerking worden de banden gebruikt. Dus voor:
extracten en stemmingskaarten. Mutaties worden, incidenteel, in
de kaartbestanden aangebracht. Na een groot aantal mutaties
zijn de bestanden sterk van samenstelling veranderd. Dan worden
ze, indien nodig, opnieuw op de band overgebracht, opdat deze
weer in de computer kan worden gebruikt. De „bandgegevens"
kunnen immers, net als bij bandrecorders, worden „overgeschreven".
Bij ons werk is de computer I.B.M. 1401 in gebruik. Voor een
voudig werk, bijv. een controlelijst bij een mutatieverwerking, wordt
toch ook nog wel de administratiemachine ingeschakeld. Men
gebruikt daartoe de reeds genoemde machine I.B.M. 407. Zijn
eenvoudige lijsten (percelenlijst bijv.) tegelijk met ingewikkelde
overzichten nodig, dan wordt uiteraard ook daarvoor de computer
toegepast.
8.3. Organisatie van het werk. Of men nu een administra-
tiemachine dan wel een computer „inschakelt", altijd moet het
werk ervoor worden georganiseerd. Zo'n organisatie bestaat uit zes
onderdelen. En wel:
1. Probleemstelling, gevolgd door een analyse van de opgave.
2. Stroomdiagram („flowchart").
3. Hoofdblokschema („serie-indeling").
4. Detailblokschema (schema per serie).
5. Schrijven van het programma (opstellen van instructies).
6. Testen van het programma.
Een stroomdiagram is een grafiek van de fasen welke ter bereiking
van een resultaat moeten worden doorlopen. Het overzicht op
blz. 235 (geen grafiek) is in wezen een eenvoudige „flowchart". Een
veel uitgebreider flowchart is het tegen het einde van ons betoog
te behandelen „Stroomdiagram" van paragraaf 11. Dit zal een
volledig overzicht bieden van alle, in de eraan voorafgaande
paragrafen beschreven, fasen der behandelde werkzaamheden.
In een hoofdblokschema vindt men een meer gedetailleerde
omschrijving der in de verschillende fasen te verrichten handelingen,
als: bepalen van het artikeltotaal (bij extracten). In een detail
blokschema vindt men, per serie, nóg gedetailleerder, welke hande
lingen één voor één moeten worden verricht om tot dat „totaal" te
geraken. Want elke hoofdhandeling bestaat weer uit een serie
detailhandelingen.
Als men alles wat er moet gebeuren punt voor punt weet, kan
men het programma gaan schrijven. Dat is het werk van de pro
grammeur. Het voorgaande was de taak van de systeemanalist.
243