Men kon dan trouwens van vensterenveloppen gebruik maken
en kon van de tabulets wel afzien.
Het „Nr." in de P.T.T.-lijsten, rechtsboven, is het AVN. Het
PTT/Nr. eronder is het „Aantekennummer" dat de P.T.T. bij
aangetekende aanbieding ter verzending der kennisgevingen en
oproepen van te voren voor ons vaststelt. Bijv. van 92001 af, met
1 oplopend. De I.B.M. kan er dan voor zorgen, via het programma,
dat in de vakken achtereenvolgens 92001, 92002, enz. wordt afge
drukt. Ons verschaft de P.T.T. tegelijk rollen met de bekende van
een rode R voorziene „aantekenstrookjes", die ook van 92001 af
zijn genummerd. Elk te verzenden stuk moet met zo'n strookje
worden beplakt. Men dient er natuurlijk wél voor te zorgen dat
stuk, met adres en strookje, en lijst „concordant" blijven. Ook weer:
extra werk én een foutenbron! Hadden we „vaste" adressen, en
dientengevolge vensterenveloppen, dan kon ook het stuk zélf van
een (gedrukt) „aantekenstrookje" worden voorzien. Daardoor ver
viel tevens het plakken.
8.6. De percelenlijst. De percelenlijst kan er, althans voor de
stemming, uitzien als het op blz. 249 afgedrukte „percelenoverzicht".
Zij is eveneens als „ponsdocument" ingericht. Het rechterstuk van
elke perceelregel is (nog) leeg. Dit wordt pas na de stemming aange
vuld. (Zie par. 10.8.) Het is echter wél denkbaar dat in de kolommen
voor „aantekeningen" en „cultuur" ook al voor de stemming
248
STAATSBEDRIJF DER POSTERIJEN, TELEGRAFIE EN TELEFONIE
UJST VAN TER VERZENDING AANGEBODEN GEWONE AANGETEKENDE STUKKEN
OP 19
DOOR
GEADRESSEERDE
T/M
DE OP DEZE STROOK
VANGST GENOMEN
DE AMBTENAAR
Staatsbedrijf der P.T.T.