203 beginnen. De voorzitter dankt Prof. Baarda voor zijn opmerking en zegt toe dit punt zo spoedig mogelijk in het bestuur te zullen bespreken. De kascommissie, bestaande uit de heren Ir. R. Pieterson en Ir. B. Pox, heelt schriftelijk bericht dat zij de boeken van de penningmeester over de periode mei 1966-april 1967 heeft gecontroleerd en in orde bevonden. Het financieel verslag wordt goedgekeurd, waarna de penningmeester wordt gedechargeerd voor de afgelopen periode. Tot nieuwe leden van de kas commissie worden benoemd de heren Ir. B. Pot en Ir. J. de Boer. De begroting voor het jaar 1967 wordt goedgekeurd. Prof. Baarda is van mening dat de N.L.F. haar beleid t.a.v. de buitenlandse betrekkingen, en met name die in zake de werkzaamheden in F.I.G.-verband, in financieel opzicht dient te herzien. Hij acht het niet juist dat de N.L.F. bijv. op de vergaderingen van het Comité Permanent altijd vertegenwoordigd wordt door hoog leraren, omdat die hun kosten grotendeels of geheel bij andere instellingen of instanties in rekening kunnen brengen. De voorzitter zegt toe deze zaak in het hoofdbestuur te zullen bespreken. Prof. Baarda vindt het typisch dat over kwesties als de onderhavige blijkbaar geen uitspraken kunnen worden gedaan in de huishoudelijke vergadering. De voorzitter antwoordt dat hij een voorstander is van de democratie maar dat die niet te ver moet gaan. Ir. D. van der Wulp wordt bij enkele kandidaatstelling en bij acclamatie herkozen als secretaris. In de vacature die op 1 januari 1968 ontstaat doordat Ir. H. L. van Gent zich niet langer herkiesbaar stelt voor de functie van redacteur-admini strateur van het Tijdschrift, wordt voorzien door de verkiezing bij enkele kandidaatstelling en bij acclamatie van Ir. P. A. Roos. Als opvolger van de heer D. de Vries zal met ingang van 1 januari 1968 de heer P. H. Leeuwen- burgh de taak van redactie-secretaris op zich nemen. De secretaris leest een blief voor van Dr. ir. C. Koeman waarin deze hulde brengt aan Ir. Van Gent voor het uitstekende werk dat hij gedurende zo vele jaren voor het Tijdschrift heeft verricht. De voorzitter sluit zich hierbij aan en deelt mede dat het hoofdbestuur heeft besloten de heren Van Gent en De Vries de N.L.F.-oorkonde toe te kennen als blijk van haar grote waardering voor het vele werk dat beiden in het belang van de N.L.F. en de landmeetkunde gedurende vele jaren op zo bekwame wijze hebben verricht. Na de uit reiking van de oorkondes spreken de heren Van Gent en De Vries enige woorden van dank uit voor de eer die hen is te beurt gevallen. De twee andere redactieleden, Prof. ir. G. J. Bruins en Mr. ir. C. G. van Huls worden bij acclamatie herkozen onder dankzegging voor het vele werk dat zij in het afgelopen jaar wederom in het belang van de Federatie hebben verricht. Prof. Baarda vraagt of het niet mogelijk is om regelmatig resumé's van buitenlandse publicaties in het Tijdschrift te publiceren. Op het ogenblik gebeurt dit maar zo nu en dan. De voorzitter belooft dit punt aan het hoofdbestuur te zullen voorleggen. Bij de rondvraag sluit Prof. Baarda aan bij de opmerking die hij maakte bij de bespreking van de begroting 1967. Hij benadrukt nogmaals dat de N.L.F. zich meer daadwerkelijk met F.I.G.-aangelegenheden moet gaan bezighouden. Het bestuur van de F.I.G. is bij de Engelsen in goede handen. Men wil veel aanpakken en de kans is groot dat het karakter van de F.I.G. in de komende jaren sterk gaat veranderen door de invloed van andere vakgebieden (makelaars, taxateurs, planologen e.d.). Het is noodzakelijk dat de N.L.F. niet lijdelijk afwacht maar hierin gaat meepraten. Hij pleit er voor dat de N.L.F. zich op de vergadering van het Comité Permanent in Ottawa niet laat vertegenwoordigen door een hoogleraar maar door een eigen hoofdbestuurslid. Van Miss Rowles van het F.I.G.-bureau te Londen heeft hij gehoord dat voor deelname aan het 12de F.I.G.-congres waar schijnlijk een inschrijfgeld van ca. 25.-.-. zal worden gevraagd. Ook dit punt komt in Ottowa ter sprake, zodat de N.L.F.-vertegenwoordiger daar stelling kan nemen tegen dit exorbitant hoge bedrag.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1967 | | pagina 83