tingsgrenzen en gebruiksgrenzen niet behoeven, en in vele ge
vallen ook niet zullen, samenvallen. Men bekijke een reëel voorbeeld
in onderstaande afbeelding, en wel een perceel uit de gemeente
Horst (Rvk. „De Lollebeek"), Sectie E, Nr. 2764. Hierop zijn
schattings- en gebruiksgrenzen ingetekend en klassewaarden aan
getekend. Het is gebruik deze waarden niet in (honderden) guldens
per ha te noteren, maar in guldens per are. In ons bovenbehandeld
overzicht van een classificatie kunnen de waardegetallen dus
lopen van 0 tot en met 80. En wel met de opklimming: 0-4-8-10-12,
enz. tot en met 40, en vervolgens 44, 48, enz. tot en met 80. Ge-
tallen uit deze reeks zal men in de afbeelding aantreffen. Over de
op dit voorbeeld in de „schattingsstukjes" eveneens voorkomende
R-nummers wordt aanstonds nog iets gezegd. De waarden in perceel
E 2764 verbeelden het resultaat van het werk der schatters. Zover
zijn we niet terstond. De uit hun werk voortvloeiende grenzen
moeten eerst worden opgemeten. Dit gebeurt. Daarna worden
deze grenzen gekaarteerd en afgebeeld op zg. Werkplans I. Zie
par. 5.5. Hoe die plans tot stand komen en hoe de kaartering ver
loopt, is voor ons betoog van geen belang. Wel moeten daarna nog
de groottes der stukjes waarin het perceel thans blijkt te zijn
verdeeld, worden vastgesteld. Een perceel kan ook in zijn geheel m
één klasse vallen en/of bij één gebruiker (pachter) in exploitatie zijn.
Ter bepaling der bovenbedoelde „deelgroottes wordt elk perceel,
met alle op grond van het bovenstaande ontstane onderdelen,
genoteerd in een speciaal berekeningsformulier, het Form. R 4.
Bij de „klassieke" werkwijze werden hierin alleen de gegevens ter
berekening der deelgroottes, met de bijbehorende klasse waar den,
genoteerd. Na berekening dezer groottes werden die met de bij-
XHATT/H6SGR£HS (XIASSEGHENS)
PACHT-(GCBPWXSj 6PEHS
-H-H» SCHATT/HSSGBEHS
tcgeluh eeanu/KSsncHS
2764 - P£HC££l HUMM£P
- AiASS£WAAPO£(/HGt/LO£HS P£P AREj
P2S/7- H-HUUUEP
PA CHTSP (gEB/W/KCp)
Gem. Horst nr. 2764