297
betoogd dat het bij de daar besproken variant m.b.t. tot bepaling
van deelgrootten en -waarden, het meest efficiënt was om tege
lijkertijd te kunnen beschikken over schattings- en gebruiks
gegevens. Bij de thans te bespreken verwerking van de in het
voorgaande behandelde ponskaarten tot de boven dit hoofdstuk
genoemde overzichten d.m.v. de computer, is dit zelfs een con
ditio sine qua non. Althans: indien men het maximale rendement
van het inschakelen van de computer wil bereiken. Men moet
daartoe tegelijkertijd over alle NAW- en ZR-kaarten, én over
alle perceelkaarten kunnen beschikken. T.w.de voorbereidings-,
aanvullings- en eenhedenkaarten. Alle kaarten worden op magne
tische banden overgebracht. Daarmee worden, door de daartoe
geprogrammeerde computer, „in één klap" afgeleverd:
1. Het volledige Register R i, bestaande uit:
a. Namen-R i (tenaamstellingen), met alle namen die tot één
R-nummer behoren onder één hoofd verenigd.
b. Percelen-R 2. Alle percelen geboekt onder één R-nummer,
met als „adres", de naam van de „hoofdeigenaar" (HVN 01); ook
wel „R 8" genoemd.
2. De perceelkaarten. Per perceel één kaart, met alle gegevens én
alle details t.a.v. het betrokken perceel, m.b.t. pacht, hypotheek
en servituten.
3. Het pachtoverzicht („Pacht-R 1"). In de kop de naam van de
pachter. In het lichaam de door hem gepachte percelen, met ver
melding van de R-nummers en de (achter) namen van de verpach
ters.
4- Het hypotheekoverzicht („Hypotheek-R 1"). Op analoge wijze
ingericht als de Pacht-R-i.
5. Het servitutenoverzicht. Geen namen. Alleen alle percelen die
in een erfdienstbaarheid zijn betrokken.
Als „ingangen" op deze „volledige R 1" fungeren een naamlijst
(de verzameling naamkaarten R 2) en een percelenlijst (R 3). De
laatste ziet eruit als die van blz. 249, maar de perceelregels zijn
thans verder aangevuld, en dus „vol". Zie par. 10.8.
De bovengenoemde „Pacht-R 1" en „Hypotheek-R 1" zijn in
de beschreven vorm eigenlijk geen volledige overzichten. Het zijn
slechts „pachters"-, c.q. „hypotheeknemers"- (schuldeisers-) re
gisters. Indien men wil, kan men ook m.b.t. de twpachters, c.q.
hypotheekvers (schuldenaren) analoge overzichten krijgen. In
„De Lollebeek" is daarvan afgezien, omdat de weergave van ge
gevens in de hierbij beoogde vorm, zij het in een andere rangschik
king, ook wordt bereikt d.m.v. de perceelkaarten. Daarop is nl.
bij elk perceel(sgedeelte) aangegeven, met R-nummer en achter
naam va.n betrokkene, aan wie het is verpacht, c.q. verhypothe
keerd. Bij de afzonderlijke bespreking der verschillende overzichten