48 Dit heeft voor de afdeling Landmeten van Gemeentewerken het voordeel gehad dat een grote hoeveelheid rekenwerk (i.v.m. de bouw van betonnen langsbalken voor de railbevestiging) is gedaan met be hulp van bestaande rekenprogramma's van de I.T.C.-computer in Delft. Berekeningen met de hand zijn uitgevoerd met behulp van de clothoïdetafel van Kasper, Schürba en Lorenz. De verkanting die in de bochten moet worden gegeven volgt uit: v2. k tg.- waarin i is de theoretische verkanting (zie fig. 24) k is de kromming g is de versnelling van de zwaartekracht v is de snelheid van de trein. De verkanting is berekend voor een snelheid van 40 km per uur en afgerond op cm. Bij hogere snelheden zal de trein een zijwaartse druk op het bovenbeen (buitenste rail) uitoefenen. De maximaal toelaatbare druk vormt, in combinatie met het aantal assen en het gewicht van de trein, de begrenzing van de maximale snelheid. Voor de verkantingsaanloop is 1 mm per meter aangehouden. De be paling van dit getal geschiedt op praktische gronden. Bij de spoor wegen gebruikt men hiervoor 1:10 v. STATION i STADHUIS STATION BEURS STATION RIJNHAVEN STATION J STATION MAASHAVEN e ZUIDPLEIN Fig. 23. Het lengteprofiel van de noord-zuid-metro.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1968 | | pagina 50