83
Nederlandse Landmeetkundige Federatie
Op vrijdag 29 maayt 1968 zal in Café-Restaurant „Esplanade te Tjtrecht
samen met de Vereniging van Directeuren van Gemeentewerken een voor
jaarsbijeenkomst worden gehouden, waarvan het voorlopig programma als
volgt luidt.
10.00 uur Samenkomst.
1045 uur Causerie door Ir. M. P. Blaauw, adviseur van de Dienst der
Publieke Werken van Amsterdam, over de kaarten, waarmee wij
moeten werken.
11 15 uur Inleiding door Prof. ir. G. F. Witt, hoogleraar in de Planologi
sche Geodesie aan de Technische Hogeschool te Delft, over de
wenselijkheid van een centrale leidingenregistratie.
12.00 uur Inleiding door Ir. R. J. Rienks, hoofd van de Landmeetkundige
dienst van de Gemeente Rotterdam over de problemen, waarvoor
de gemeentelijke landmeter zich gesteld ziet.
12.45 uur Uitgebreide koffietafel f 6.50 per persoon, inclusief bediening.
14.00 uur Forum-discussie naar aanleiding van de 's morgens gehouden
inleidingen.
Omstreeks 1 maart 1968 zal aan alle leden van de N.L.F. het definitieve
programma worden toegezonden met verdere gegevens over de wijze van
aanmelding en betaling der lunchkosten.
Het bestuur van de N.L.F. is van mening dat de s morgens te houden
inleidingen een goede basis zullen zijn voor een interessante en levendige
discussie met vertegenwoordigers van een vakgebied dat zo nauw met het
onze is verweven.
Wij rekenen dan ook op een grote opkomst!
de secretaris van de N.L.F.,
Ir. D. van der Wulp
Voordrachten Prof. Baetslé.
In het kader van de hoogleraarsuitwisseling België-Nederland heeft
Prof. P. L. Baetslé van de Universiteit van Brussel op 24 en 25 januari jl.
in Delft enkele voordrachten gehouden over de onderwerpen:
1. het inverteren van matrices van willekeurige vorm en rang;
2. het gebruik van conforme transformaties in de (Euclidische) ruimte;
3 een strenge correctie voor de aardkromming.
Getracht zal worden bovengenoemde voordrachten in een van de volgende
afleveringen van dit tijdschrift te publiceren.
Mariene Geodesie.
Als gevolg van de voortschrijdende exploitatie van de bodemrijkdommen
van de zee komt de plaatsbepaling ter zee steeds meer in de belangstelling
te staan. Een driedaags symposium in september 1966 te Columbus (Ohio)
was een eerste grote manifestatie over dit onderwerp. Daar kwamen ter
sprake allerhand elektronische systemen (Doppler, Secor, Hiran, Shiran) en
ook plaatsbepaling met behulp van satellieten. Maar ook andere geodetische
onderwerpen op de zee betrekking hebbend kwamen daar naar voren, zoals
inertie-navigatie, zwaartekrachtmetingen, gemiddelde zeeniveau enz. Inter
nationaal tracht men thans de zg. „mariene geodesie" te bundelen. Smds
kort schenkt de Rijkscommissie voor Geodesie ook nationaal aandacht aan
deze problemen. Zij heeft daartoe een subcommissie Mariene Geodesie ge
vormd; deze bestaat uit de volgende leden: schout-bij-nacht Ir. W. Lan-
geraar (voorzitter), Prof. ir. W. Baarda, Prof. ir. G. J. Bruins, Prof.
R. Roelofs en Ir. W. D. Moens.