io8
(Lab. voor Landmeetkunde te Wageningen). De hierbij bereikte
relatieve nauwkeurigheid bedraagt voor de punten van het grootste
net 1.10-5. De overige punten zullen per blok worden bepaald door
een blokvereffening van foto's op grotere schaal, waardoor een
standaardafwijking kan worden bereikt van ca. 0,006 mm, uitge
drukt in de oorspronkelijke fotoschalen.
Bij het gebruik van het proefveld is gedacht aan de fotoschalen
x20 000, 18 000 en 14 000.
De gezamenlijke Nederlandse fotogrammetrische instituten ver
leenden medewerking aan de internationale proefmeting „Pecny",
die onder auspiciën van de S.I.P. wordt uitgevoerd.
Op twee publikaties van Prof. dr. ir. W. Schermerhorn dient
nog de aandacht te worden gevestigd, nl. [84], waarin een be
schouwing wordt gegeven over de ontwikkeling van de landmeet
kunde door de invloed van fotogrammetrie en automatisering, en
[85], die de rede bevat, welke Prof. Schermerhorn uitsprak toen
hij zijn functie als directeur van het l.T.C. neerlegde.
Cartografie
De Topografische dienst bestond in de verslagperiode 150 jaar.
Naar aanleiding hiervan geeft Ir. J. A. C. E. van Roermund een
korte beschrijving van de geschiedenis van deze dienst in [86]. Dit
was overigens niet het enige jubileum. De Waterstaatskaart van
Nederland beleefde in 1965 zijn honderdste verjaardag. Ter ge-
gelegenheid hiervan wijdt Ir. J. van der Kleij in [87] een be
schouwing aan dit kaartwerk. Aansluitend aan deze historische
overzichten moet melding worden gemaakt van de publikatie [88]
van H. Wormsbecher, Ing. over een historische kaart van Kenne-
merland en West Friesland, van de publikatie [89] van W. Koop-
mans over leven en werken van het oudste lid van een beroemde
Nederlandse cartografenfamilie uit de 17® eeuw, nl. Wili.em Janszn.
Blaeu, en van de publikatie [90] van Dr. ir. C. Koeman over
de „Vinland Map", waarin ook enige beschouwingen worden gewijd
aan de herontdekking van deze uit ca. 1440 daterende kaart.
Het werk van twee 16e eeuwse zeelieden, Waghenaer en Outh-
gers, die zich intensief hebben beziggehouden met het vervaar
digen van zeekaarten en zee-atlassen en met het samenstellen van
kustbeschrijvingen, wordt door Dr. E. Crone beschreven in [91];
de auteur bespreekt en verklaart ook het destijds gebruikte instru
mentarium. Prof. A. Kruidhof ontleedt in [92] aan de hand van de
geschiedenis het samenspel van geodesie en cartografie.
Over de karakteristiek van de hedendaagse cartografie in Neder
land geeft Dr. ir. C. Koeman beschouwingen in [93]. In [94] treft
men een overzicht aan van de hand van Ir. P. J. Bakker over de
moderne stedelijke cartografie; de auteur geeft, met de cartografie
van de stad Amsterdam als voorbeeld, een duidelijk inzicht in de
toepassingsgebieden van de verschillende kaartschalen. Het karakter
van de Nederlandse topografische kaart op de schaal 1:25000