Ook voor andere gebieden liggen hier toepassingsmogelijkheden.
In de bouwkunde is het vaak van belang drie punten met hoge
nauwkeurigheid in een rechte lijn te brengen. Een beschrijving van
enige toepassingen van de aligneermethode volgens Van Heel wordt
door A. van Milaan gegeven in [116] en [117]. In deze laatste
bijdrage wordt de aligneermethode bovendien nog eens gedetailleerd
uiteengezet.
Dezelfde auteur, tezamen met H. B. Emans, heeft zich ook
bezig gehouden met het nauwkeurig op- en afloden. In [118] beschrij
ven zij een tot optisch lood omgebouwd waterpasinstrument
Koni 007 (weglating van pentagoonprisma)Het instrument, de
PZL van Jenoptik, kan worden gebruikt bij het bouwen van hoge
bouwwerken, bij deformatie-metingen aan torens e.d. Het geeft
een lood-nauwkeurigheid van 1 mm op 100 m hoogte.
Door het ingenieursbureau Te Kronnie en Volkers werd een een
voudig instrument ontworpen en tentoongesteld (Arnhem 1967),
waarmee vlakken zowel horizontaal, vertikaal, als onder een bepaalde
helling kunnen worden uitgezet, met een nauwkeurigheid die voor
vele doeleinden toepassingsmogelijkheden biedt, namelijk 120 000
a 75 000 van de afstand tot het instrument. Dit instrument, „plano-
scoop" genoemd, bestaat uit twee evenwijdige vlakken die ieder een
lijnenraster bevatten. Bij waarneming van beide rasters vanuit een
punt buiten de vlakken, ontstaat een moiré-effect, dat sterk
varieert bij verplaatsing van de waarnemer. Door de rasters een
bepaalde vorm te geven, kan worden bereikt dat alleen waarnemin
gen vanuit één vlak symmetrische beelden geven. Op het instrument
is octrooi aangevraagd.
De Groothoofdspoort in Dordrecht raakt ernstig in verval en
behoeft dringend restauratie. Nauwkeurige deformatie-metingen
werden aan dit historische gebouw uitgevoerd, om een plan voor de
herstelwerkzaamheden te kunnen opstellen. Interessante mede
delingen over dit plan en over de deformatie-metingen geeft
K. Wagenaar in [119]. Vele landmeettechnische aspecten worden
door Dr. ir. P. Richardus naar voren gebracht in zijn studie [120],
waarin hij een beschrijving geeft van civieltechnische metingen ten
behoeve van het aanleggen van waterkrachtwerken en hoog
spanningsleidingen. In dit verband kan ook worden gewezen op het
in de verslagperiode verschenen leerboek over „Project surveying"
van dezelfde auteur [121].
Ten behoeve van de verbetering van de monding van de Nieuwe
Waterweg, waar steeds grotere schepen (100 000 a 200 000 ton)
binnenkomen, worden theoretische en praktische onderzoekingen
verricht naar de gedragingen van schepen in relatief ondiep water.
Het gaat hier in het bijzonder om de diepgangverandering, waarvoor
verschillende oorzaken zijn
1. Verandering van het soortelijk gewicht in het grensgebied tussen
zout en zoet water, veroorzaakt door eb, vloed, wind en stroom.
112