86
De kristaloscillator van de teller die over korte perioden goed
stabiel is, hoeft niet absoluut de juiste frekwentie te geven met
voldoende nauwkeurigheid. Daarom wordt deze frekwentie kort
vóór de meting afgeregeld ten opzichte van een radiostandaard-
frekwentie.
Een signaal van nominaal i MHz afgeleid van de kristaloscillator
van de teller wordt toegevoerd naar de antenne van een radio.
Het i MHz signaal bevat vele harmonischen (2, 3, 4, 5,MHz).
De radio wordt afgestemd op de zender MSF, waarvan de draag-
golffrekwentie zeer nauwkeurig 5 MHz is. Als de 5e harmonische
van de tellerfrekwentie een weinig (Af Hz) verschilt van de MSF
frekwentie, dan zal het door de radio ontvangen totale signaal
(MSF 5e harmonische van de teller) Af maal per seconde in sterkte
variëren (zwevingen), wat gemakkelijk te zien is op een afstem-
indicator, en met enige oefening ook wel te horen is door de luid
spreker. De kristaloscillator wordt nu bijgeregeld tot deze zwevingen
een zeer lage frekwentie hebben (bijv. zweving per sec., Af Hz,
betekent dat de relatieve frekwentieafwijking van de kristal
oscillator bedraagt i:io7). Ook andere radiostandaard-
frekwenties kunnen worden gebruikt mits zij harmonischen zijn
van één van de uitgangsfrekwenties van de teller, bijv. WWV,
10 MHz (ioe harmonische van 1 MHz), MSF 2,5 MHz (25e har
monische van 0,1 MHz), Droitwich 200 kHz (2e harmonische
van 0,1 MHz). Bij een lagere standaardfrekwentie is het moeilijker
om de kristaloscillator af te regelen, bijv. bij 200 kHz betekent
1 zweving per 50 sec. (Af 1/50 Hz) een relatieve frekwentiefout
van 1 :io7.
f N
J
ELEKTRONISCHE
AFSTANDSMETER
1 MHz of 0,1 MHz met harmonischen
afstem-
ddiMald
indicator
TELLER
RADIO
f nMH
f MHz
nMHz
MENGER
FR EK WENT IE OM VORM ER
Fig. i. Overzicht van de opstelling.