135
Hij spreekt de bereidheid van de Vereniging uit om, indien zulks wenselijk
is, reeds nu een dergelijke commissie in te stellen, zoals ook reeds door enkele
leden werd voorgesteld. Dat binnen onze Vereniging dergelijke voorstellen
op zuiver kadastraal vak-technisch gebied ontstaan, acht hij kenmerkend
voor het karakter van de vereniging.
Dit karakter is ook van grote betekenis bij de beoordeling van de gedachten
over reconstructie van het landmeetkundig verenigingsleven. De vermenging
van persoonlijke- en dienstbelangen maakt onze vereniging moeilijk ver
gelijkbaar met de partners die met ons een eventueel andere verenigings
structuur voorstaan. Daarom is het Bestuur van mening dat de Vereniging
zich niet moet opheffen of als een zelfstandig onderdeel binnen een andere
vereniging moet gaan werken. Dit neemt niet weg dat het Bestuur van mening
is dat samenbundeling van de verenigingsaktiviteiten op algemeen landmeet
kundig gebied is aan te bevelen en hieraan medegewerkt dient te worden.
Naar aanleiding van de voortgang van de automatisering op technisch en
administratief gebied merkt de voorzitter op dat ook in de kadastrale praktijk
deze ontwikkeling zich voortzet. Begonnen met proeven op het gebied van
automatisering van kaartvervaardiging en verwerking van meetgegevens,
staan wij nu op het punt het experimentele stadium te verlaten. Voorts is
een „stuurgroep" ingesteld, waarin ook ambtenaren van de Directie Kadaster
en Hypotheken zitting hebben, teneinde de automatisering van de kadastrale
en hypothekaire boekhouding te bestuderen.
In dit verband is het door Ir. H. L. Rogge in Orgaan nr. 64 gepubliceerde
artikel „Registratie, Administratie, Mechanisatie" van grote betekenis.
Ook uit een ander oogpunt, nl. zijn benadering van de door de hypotheek
bewaarders gestelde of te stellen eisen aan deze administratie, is dit artikel
van bijzondere betekenis.
Het Bestuur kan zich ten volle stellen achter het begrip dat Rogge toont
voor de door de hypotheekbewaarders geuite verlangens.
Met het uitspreken van de hoop dat de beschouwingen over deze punten
een vlot verloop mogen hebben, verklaart de voorzitter het openbaar ge
deelte van de vergadering voor geopend.
2. Notulen van de vergadering van 14 oktober 1966, zoals opgenomen in het
Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, jg. 83, nr. 3, blz. 170.
Deze worden ongewijzigd, onder dankzegging aan de secretaris voor de
samenstelling ervan, goedgekeurd en vastgesteld.
3. Verslag ingevolge art. 14 van het Huishoudelijk Reglement zoals ge
publiceerd in het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, jg. 83, nr. 4,
blz. 264.
Dit verslag wordt, eveneens ongewijzigd, goedgekeurd.
4. Bestuursverkiezing
De penningmeester, Ir. R. S. Dijkstra, treedt reglementair af en is niet
herkiesbaar.
De secretaris deelt mede dat de volgende kandidaatstellingen in deze
vakature zijn geschied: door de afdelingen Roermond, Breda, Arnhem,
Amsterdam en den Haag: Ir. J. W. Resink; door de afdeling Deventer:
Ir. R. Pieterson door een tiental leden uit de afdeling Groningen-Friesland-
Drenthe: Ir. W. H. de Vos.
De voorzitter concludeert dat stemming nodig zal zijn en verzoekt de
heren Terpstra en Bruinsma een stembureau te vormen.
Bij de eerste stemming werden uitgebracht 90 geldige stemmen, waarvan
op Ir. Pieterson 29, op Ir. Resink 34, op Ir. De Vos 24 stemmen terwijl er
3 blanco waren. De voorzitter constateert dat geen der kandidaten de vereiste
absolute meerderheid heeft behaald en besluit tot herstemming.
Bij deze stemming werden uitgebracht 91 geldige stemmen waarvan op
Ir. Pieterson 37, op Ir. Resink 27 en op Ir. De Vos 23 stemmen, alsmede
4 blanco.