166 Het is begrijpelijk dat veel exploitanten daarom de voorkeur geven aan meer rechtszekerheid op basis van een zakelijk recht. Ik wil op deze materie hier thans niet verder ingaan, ik heb het alleen even willen noemen. Op een tweetal vergunningsvoorwaarden, die op het landmeet kundige werk betrekking hebben, wil ik hier wel nader ingaan. De plaats van de te leggen leiding moet, nadat deze door de afdeling Kabels en Buizen is ingedeeld en op tekening is aangewezen, door de landmeetkundige afdeling in het terrein worden uitgezet. De vergunninghouder moet binnen 14 dagen na voltooiing der werk zaamheden een tekening indienen waarop met maten moet zijn aangegeven de plaats waar de leiding is gelegd. Een revisietekening dus. Als men bedenkt dat deze meetwerkzaamheden dikwijls moeten worden verricht in terreinen die nog volledig in beweging zijn, waar in wijde omtrek geen gebouw of ander vast terreinobject aanwezig is, waar soms nog geen wegen aangelegd zijn, waar draglines en graaf machines soms de enige terreinvoorwerpen zijn, dan kan men be grijpen dat dit veel vakbekwaamheid van de landmeetkundige vereist. Zijn „vaste punten" zijn niet opgewassen tegen draglines, zijn „zicht" soms belemmerd door bergen zand, zijn matentekenin- gen zijn voortdurend aan plan wijzigingen onderhevig. Ziedaar enkele problemen waarvoor de landmeetkundige afdeling wordt gesteld. Daar komt nog bij dat het leggen van de particuliere leidingen in de regel via een ingenieursbureau aan een aannemer is opgedragen, die er zeer bij gebaat is dat het werk zo vlot mogelijk verloopt en daarom de sleuf zo snel mogelijk wil dichten. Deze omstandigheden alle in aanmerking genomen maken de juistheid van de revisietekeningen twijfelachtig, vooral wanneer de revisiematen steeds overeenkomen met de maten van de werk tekeningen. Ik moet hier onmiddellijk aan toevoegen dat in een aantal gevallen de vergunninghouder een erkend landmeetkundig bureau heeft ingeschakeld, dat in samenwerking met de gemeentelijke afdeling de noodzakelijke metingen goed ten uitvoer bracht. Voorzover dit laatste niet het geval is en tijdens het leggen van de leiding geen betrouwbare opmetingen worden verricht, belast de Gemeentelijke Landmeetkundige Afdeling zich met de opmeting van de gelegde leiding. De opmeting wordt dan zodanig uitgevoerd, dat de leiding via de meetkundige grondslag in kaart kan worden gebracht. Kaarten van het stadsgebied Ik wil thans iets nader ingaan op de kaarten en wel speciaal op de basiskaarten. Hierbij denk ik dan eerst aan het stedelijk gebied. De ontwikkeling die in de laatste decennia heeft plaats gehad, heeft er toe geleid dat thans alle grote en veel middelgrote gemeenten

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1968 | | pagina 24