388
overbodig, waardoor althans één fase in de drievoudige behandeling
van dezelfde bezwaren achtereenvolgens door plaatselijke com
missie, rechter-commissaris en rechtbank zou komen te vervallen.
Dit werkt zeker versnellend, ook al zal de ruilverkavelingskamer
nu zelf de zaak geheel moeten instrueren. Naar versnelling ten
deert ook het feit dat een speciale rechter gemakkelijker op elk
gewenst tijdstip kan worden benaderd, terwijl de behandeling
waarschijnlijk tevens vlugger in zijn werk kan gaan, doordat andere
zaken geen voorrang kunnen krijgen en doordat de ruilverkavelings
kamer deskundigen in haar midden heeft, die haar minder afhanke
lijk maken van het werk van andere deskundigen. Aan de andere
kant zal ook hier waarschijnlijk sprake zijn van een intensivering en
wel in tweeërlei opzicht. In de eerste plaats zal een gespecialiseerde
rechter meer de neiging hebben zich in de achtergronden van een
zaak te verdiepen dan de gewone rechter. Voorts zal het aantal
zaken, dat door de rechter wordt behandeld, toenemen zowel door
de uitschakeling van de rechter-commissaris als door de vervroegde
inschakeling van de rechter. Daar staat dan echter weer als
tijdwinst tegenover, dat de plaatselijke commissie minder moeite
behoeft te doen om zelf met de bezwaarde tot een vergelijk te
komen, doch de beslissing meer aan de rechter kan overlaten, waar
door deze uiteindelijk sneller tot stand komt. Ook hier behoeft men
over de invloed van het nieuw te creëren ruilverkavelingsorgaan op
de snelheid van de procedure naar de mening van de Werkgroep
niet ongerust te zijn.
Naast deze op alle wettelijke ruilverkavelingen betrekking
hebbende beschouwingen wil de Werkgroep hier nog een enkel
woord wijden aan de mogelijkheden om de procedure in bijzondere
gevallen te versnellen. Reeds kwam in 6 van Hoofdstuk III een
dergelijke mogelijkheid ter sprake in de vorm van een opgelegde,
kosteloze ruilverkaveling bij uitvoering van openbare werken. De
versnelling is daarbij echter meer een bijkomend voordeel, zoals ook
het geval zou zijn bij een mogelijke oplegging van een ruilverkave
lingsovereenkomst aan een klein percentage onwilligen; zie daar
over hierna onder b van 2.
Theoretisch kan men zich ook voorstellen een speciale regeling van
een versnelde procedure, toe te passen in alle gevallen die zich daartoe
lenen. In haar overwegingen ter zake heeft de Werkgroep het zgn.
Beschleunigtes Verfahren uit de Duitse wet betrokken, maar zij
ontdekt daarin weinig mogelijkheden, die onze wet ook niet reeds
kent. Eigenlijk houdt de Duitse versnelde procedure enigszins het
midden tussen wat wij zouden noemen een administratieve
ruilverkaveling (zonder werken) en een ruilverkavelingsovereen
komst (streven naar overeenstemming over de toedeling). Welnu,
de eerste mogelijkheid kennen wij zonder meer, omdat alle in art. 34
genoemde voorzieningen aldaar facultatief worden gesteld. De
tweede mogelijkheid, t.w. die van een ruilverkavelingsovereen
komst, bestaat bij ons even zeer, maar een verschil met het Be-