woord „verkaveling", geeft het verschil aan met de ruimtelijke
ordening, terwijl het eerste deel, nl. het woord „ruil", het verschil
met de onteigening indiceert.
Deze verschillen lijken allemaal glashelder en hoe komt het nu,
dat er toch zoveel verwarring over bestaat Waarschijnlijk doordat
men bij ruilverkaveling teveel de nadruk legt op de planologische
grondslagen daarvan in plaats van op die verkaveling zelf. Zonder
dergelijke grondslagen kan men praktisch niet verkavelen. Als
voornaamste grondslag mag gelden een bestemmingsplan of streek
plan. Maar daarmee is men als regel toch niet klaar. Nodig is
namelijk, dat de uitwerking van die grondslagen in nauwe samen
hang met het landbouwbelang geschiedt. Te denken valt niet alleen
aan het plan van wegen en waterlopen, maar ook aan het land
schapsplan. Om de wegen als voorbeeld te nemen, ruilverkavelings
wegen moeten tegenwoordig enerzijds zo zijn, dat zij ontsluiting
ten behoeve van de landbouw geven, en anderzijds zo, dat zij voor
algemene verkeersdoeleinden (bijv. recreatieverkeer) mede geschikt
zijn. Via het bestemmingsplan kan men de landbouwontsluiting
echter nooit zo effectief maken als rechtstreeks via ruilverkaveling,
omdat de wegen en de nieuwe kavels dan precies op elkaar worden
afgestemd. En zo ligt het m.m. ook bij de openbare waterlopen
en de landschapsvoorzieningen.
Vandaar dus dat de voorbereidingsfase van de ruilverkaveling
zo'n sterk planologische inslag heeft en als zodanig uiteraard ook
het meest spectaculair is. Zulks neemt echter niet weg, dat de
eigenlijke ruilverkaveling geen ruimtelijke ordening is, tenzij men dit
begrip ruimer opvat dan gebruikelijk is. Daarom is het tevens
principieel onjuist te menen, dat zij daarin op welke wijze ook zou
kunnen opgaan.
2. Begrip en doel van de ruilverkaveling
a. De definitie van het begrip
Rond de definitie van het begrip ruilverkaveling is herhaaldelijk
misverstand gerezen, doordat men deze ging verwarren met de
doelomschrijving. Het heette dan, dat de wetgever met de laatste
volstaan zou hebben, omdat een definitie de ontwikkeling van de
ruilverkaveling had kunnen belemmeren. In werkelijkheid is het
echter veeleer andersom. De te enge immers louter agrarische
doelomschrijving uit de huidige wet vormt een belemmering
voor een natuurlijke ontwikkeling mede in niet-agrarische richting.
Het begrip ruilverkaveling daarentegen is, ook internationaal
gezien, een vaststaand begrip, dat sinds haar ontstaan nauwelijks
enige wijziging heeft ondergaan. Men kan het ongeveer als volgt
omschrijven
„het samenvoegen van gronden met de bedoeling deze op
bepaalde wijze weer onder de rechthebbenden te verdelen in
beginsel naar evenredigheid van hun inbreng, al dan niet na
uitvoering van werken en na aftrek voor algemene doeleinden".
288