HOOFDSTUK 1.
Inleiding
i. De Werkgroep Balans Ruilverkavelingswet
De Werkgroep Balans Ruilverkavelingswet dankt haar naam
en ontstaan aan de gelijknamige voordrachtdie Prof. mr. P. de
Haan op 24 april 1964 voor de Nederlandse Landmeetkundige
Federatie heeft gehouden. Aan het slot van deze voordracht stelde
hij de vraag of er voor de Federatie geen aanleiding bestond om
eventueel samen met de Vereniging voor Agrarisch Recht te
komen tot de instelling van een officieuze studiecommissie, die een
betrouwbaarder balans van de Ruilverkavelingswet zou kunnen
opmaken dan waartoe hijzelf in staat was gebleken. In het hierdoor
ontstane contact tussen beide verenigingen werd besloten ook de
Studiekring voor Cultuurtechniek van het Koninklijk Genootschap
voor Landbouwwetenschap bij de instelling van de commissie te
betrekken.
Een en ander resulteerde in de volgende samenstelling van de
Werkgroep
Prof. ir. G. F. Witt, voorzitter aangewezen door de Nederlandse
Ir. A. Govers Landmeetkundige Federatie
Ir. G. Homan
Prof. mr. P. de Haan
Mr. J. C. Somer
Mr. N. M. Zijp
aangewezen door de Vereniging
voor Agrarisch Recht
Ir. C. Bosman aangewezen door de Studiekring
B. J. Franke voor Cultuurtechniek van het
Ir. C. D. Viehoff Kon. Genootschap voor Land
bouwwetenschap
Als secretaris trad op Mr. D. L. Rodrigues Lopes, wetenschappe
lijk medewerker aan de Technische Hogeschool te Delft, terwijl
het rapport is geschreven door Prof. De Haan.
De Werkgroep kreeg tot taak te onderzoeken of de Ruilverkave
lingswet 1954 wijziging behoeft en, zo ja, op welke punten. Zij is
met haar werkzaamheden begonnen op 5 februari 1965 en heeft
in totaal 31 maal vergaderd. Verder zijn namens haar besprekingen
gevoerd resp. met enkele functionarissen van Staatsbosbeheer en
met Drs. R. J. de Wit van de Contact-commissie voor Natuur- en
Landschapsbescherming.
Reeds aanstonds stond de Werkgroep voor de vraag, of zij de
resultaten van haar onderzoek uitsluitend moest neerleggen in een
1) Balans van de Ruilverkavelingswet, Tijdschrift voor Kadaster en
Landmeetkunde, juni 1964, blz. 109-128.