356
ruil. Dit nu beperkt de mogelijkheid tot het doorvoeren van een
goede gebruiksverkaveling ten zeerste, zodat men deze bepaling beter
kan doen vervallen. Hoogstens kan de gedwongen pachtruil, waarbij
een veilige pacht zou worden omgezet in een onveilige of omgekeerd,
een reden zijn tot verrekening en mogelijk zelfs tot schadevergoeding.
Voor zulk een door de wet toe te kennen aanspraak op schadever
goeding is mogelijk een rechtsgrond aanwezig, omdat een goede
pachtverkaveling even goed enig geld mag kosten als elk ander
ruilverkavelingsbelang.
De grootst mogelijke meerderheid van de Werkgroep wil in haar
poging de bevoegdheden van de plaatselijke commissie inzake de
pachtduur te verruimen zelfs nog veel verder gaan. Zij ziet namelijk
belangrijke voordelen in een synchronisatie van alle goedgekeurde
pachtovereenkomsten voor de wettelijke duur, ongeacht of het nu
gaat om gehandhaafde of om nieuwe pachtverhoudingen. Deze
synchronisatie, die in de Zeeuwse herverkaveling met groot succes en
zonder veel weerstand van partijen is doorgevoerd, houdt in dat al
deze contracten door nieuwe worden vervangen met een nieuwe
wettelijke duur, ingaande zodra die nieuwe contracten zelf na de
vaststelling van het plan van toedeling ingaanzie daarover nader
onder j van deze paragraaf.
Als voordelen van een dergelijke synchronisatie worden hier een
drietal genoemd. Het meest in het oog springend is wel de reeds
besproken verruiming van de mogelijkheid van pachtruil. Maar van
algemeen belang is ook de vergroting van de mobiliteit van het
grondgebruik, die men bereikt doordat telkens na een gesynchroni
seerde pachttermijn in het vroegere ruilverkavelingsgebied gelijk
tijdig een aantal pachtobjecten vrijkomen, welke dan weer door
anderen kunnen worden gepacht. En als derde voordeel mag worden
genoemd, dat nu ook de driejaarlijkse perioden voor pachtprijs
herziening niet alleen nieuw gaan aanvangen, maar ook voor de
verschillende contracten gelijk gaan lopen, waardoor de kans op
vergissingen omtrent het juiste verloop van deze perioden afneemt
en de prijzen beter gelijke tred kunnen houden.
Intussen dienen nog wel enkele beperkingen voor de synchroni-
satiemogelijkheid te gelden. In de eerste plaats moeten natuurlijk
niet de overeenkomsten voor een kortere dan de wettelijke duur
worden gesynchroniseerd, omdat deze duur nu eenmaal als regel
niet voor niets is goedgekeurd. Voorts moeten zowel de plaatselijke
commissie op verzoek van partijen als de rechter op een beroep van
een hunner de synchronisatie in een concreet geval achterwege
kunnen laten resp. ongedaan kunnen maken. In Zeeland werd van
deze mogelijkheden slechts een beperkt gebruik gemaakt. De Werk
groep acht geen speciale regeling voor schadevergoeding enkel van
wege de synchronisatie noodzakelijk. Wat dat betreft, kan met de
voorgestelde schaderegeling ter zake van pachtruil worden volstaan.
Anders zou het worden, wanneer men de plaatselijke commissie
ook de bevoegdheid zou geven om, wanneer het ruilverkavelings-