358
recht daarop geeft. De Werkgroep wil dit recht ook uitdrukkelijk
in de Ruilverkavelingswet omschreven zien of althans een bepaling
doen opnemen, waarin een regeling van de geldelijke gevolgen wordt
voorgeschreven, zoals thans reeds voor de regeling of opheffing van
zakelijke rechten in art. 28 staat.
Naast deze algemene kwestie behoeft onder dit hoofd alleen het
beklemrecht nog bijzondere aandacht. De toedeling van dit recht
levert namelijk soms moeilijkheden op in verband met boerderij ver
plaatsing en bedrijfsvergroting. Wettelijk ware te bepalen, dat het
beklemrecht in het kader van de ruilverkaveling kan worden ge
wijzigd in die zin, dat het bij boerderij verplaatsing op een nieuw
bedrijfsgebouw kan worden overgebracht en voorts, dat het kan
worden gesplitst, indien het ruilverkavelingsbelang dit vordert, een
en ander onder regeling van de geldelijke gevolgen. Wel heeft de
Werkgroep zich afgevraagd, of haar eerder gedane suggestie de
eigenaar in beklemrechtelijke zin het stemrecht te ontnemen, bij
opneming van een dergelijke wijzigingsbevoegdheid nog kan worden
gehandhaafd.
d. Het plan van toedeling
De Werkgroep stelt een zeer ingrijpende wijziging voor t.a.v. de
procedure tot vaststelling van het plan van toedeling. Zij wil
namelijk deze vaststelling zoveel mogelijk doen voorafgaan aan de
uitvoering der werken, zulks met inbegrip van de behandeling door de
rechter, evenwel met dien verstande dat de nauwkeurige bepaling
van grenzen en oppervlakten later kan geschieden binnen het raam
van een algemene afwijkingsmogelijkheid van bijv. 5%. Voor
verder gaande afwijkingen zou dan een wijziging van het plan door
de rechter ingevolge een aparte procedure moeten worden mogelijk
gemaakt
Als voordelen van deze nieuwe procedure mogen hier worden ge
noemd
i°. voor de rechtsbescherming, dat inschakeling van de rechter
geschiedt in een stadium waarin de mogelijkheid van wijziging
van het plan nog niet is beperkt door uitgevoerde werken ener
zijds en zgn. voorlopige ingebruikgeving anderzijds;
2°. voor de werken, dat deze beter op de verkaveling kunnen worden
afgestemd
30. voor de uitvoering, dat deze gemakkelijker bij gedeelten van
het blok kan plaatsvinden, wanneer de boeren die het afgewerkte
vak moeten verlaten, tevoren weten welke grond zij elders
terugkrijgen
40. voor de ingebruikgeving, dat deze aan toekomstige eigenaren en
pachters volgens het plan van toedeling kan geschieden door
inbezitstelling bij voorraad ingevolge art. 94, zodat de tijdelijke
ingebruikgeving ingevolge art. 54 daarvoor niet meer behoeft
te worden misbruikt