455
Nederlandse Landmeetkundige Federatie
Beknopt verslag van de Hoofdbestuursvergadering
gehouden op 27 september 1968 te Utrecht
Afwezig met kennisgeving: Schout-bij-nacht Ir. W. Langeraar.
Bij de opening deelt voorzitter Prof. ir. A. J. van der Weele mede, dat
Ir. S. Rienstra in het vervolg de Hoofdbestuursvergaderingen zal bijwonen
als plaatsvervanger van de Heer Langeraar die heel vaak verhinderd is.
Het bleek echter dat ditmaal ook de Heer Rienstra niet aanwezig kon zijn,
zodat in zijn plaats Dr. ir. G. H. Ligterink de besprekingen bijwoont.
Het verslag van de vergadering d.d. 23 februari 1968 wordt goedgekeurd.
De studiecommissie „leidingenregistratie" is inmiddels uitgebreid met de
Heren Ir. H. W. Termaten (Gemeentewerken Rotterdam), W. C. Bothenius
Lohman (Vereniging van Exploitanten van Electriciteitsbedrijven in
Nederland) en Van Wuyckhuise (Waterleidingbedrijf Rijn-Kennemerland).
Ir H. L. Rogge is door het Hoofdbestuur voorgedragen voor het president
schap van commissie 3 der F.I.G. en Ir. J. A. J. Marissen heeft zich inmiddels
bereid verklaard het secretariaat van deze commissie op zich te nemen.
Het programma voor de gecombineerde vergadering met de Vereniging
voor Agrarisch Recht en de Sectie en Studiekring voor Cultuurtechniek op
15 november 1968 te Utrecht (onderwerp: het rapport van de werkgroep
„Balans Ruilverkavelingswet") wordt besproken en goedgekeurd.
Op de in mei j.l. gehouden huishoudelijke vergadering werd door de
Heren De Bruyn en Martens bij het bestuur aangedrongen op het in studie
nemen van resp. de hoofdpunten en de geodetische opleiding in Delft. Beide
punten worden in verband met de drukke agenda aangehouden tot een
volgende Hoofdbestuursvergadering.
Met betrekking tot het programma voor 1969 wordt overwogen om in
mei 1969 een studiedag te wijden aan het rapport van N.L.F.-werkgroep 3
(deformatie- en andere technische metingen). Bij het N.G.L.-bestuur zal
worden geinformeerd naar de mogelijkheden om in het najaar van 1969
gezamenlijk een congres te organiseren.
De voorzitter brengt vervolgens in het kort verslag uit van het 12de
F.I.G.-congres. Hij heeft de indruk dat de technische tentoonstelling slecht
bezocht is. De Nederlandse inzending was overigens keurig verzorgd en
maakte een goede indruk.
Uit het verslag van Ir. Krijger over het verloop van de post-academiale
cursus „waamemingsrekening" en uit de resultaten van de onder de deel
nemers gehouden enquête blijkt dat aard en opzet van de cursus wederom
in het algemeen goed aan de verwachtingen hebben beantwoord. Besloten
wordt de cursusmap voor een prijs van ƒ40.aan niet-deelnemers aan de
cursus ter beschikking te stellen.
Drukkerij Brill te Leiden heeft aangekondigd dat de drukkosten voor het
Tijdschrift met ingang van 1 januari 1969 wederom zullen stijgen. Ditmaal
komt de verhoging neer op ±8%. De vergadering besluit deze verhoging
niet direct door te berekenen in de abonnementskosten, maar een eventueel
exploitatietekort in 1969 op te vangen uit de lopende middelen van de
Federatie. Een verhoging van de abonnementsgelden per 1 januari 1970
lijkt echter onontkoombaar.
Uitvoerig wordt van gedachten gewisseld over het rapport, uitgebracht
door de N.L.F.-N.G.L.-commissie die de toekomstige landmeetkundige
verenigingsstructuur heeft bestudeerd. Besloten wordt het N.G.L.-bestuur
uit te nodigen voor een gezamenlijke bespreking en daarbij een gedragslijn
vast te stellen voor de wijze van introduktie van het rapport bij de leden
van de bij N.L.F. en N.G.L. aangesloten verenigingen.
de secretaris,
Ir. D. van der Wulp