1
In het voorjaar van 1967 legden de heren Ir. W. Beekman en
Ir. R. Zijlstra de navolgende gedachten betreffende het tijdschrift
aan de redaktie voor.
In de huidige opzet van het tijdschrift komen in één nummer
onderwerpen aan de orde, die in het algemeen geen onderling ver
band houden. Op deze manier kan een aflevering een brede scala
van onderwerpen bestrijken. Dit brengt echter ook een nadeel met zich
mee. Het kader waarin het onderwerp wordt geplaatst, is beperkt.
Dit nadeel kan naar het idee van genoemde heren worden beperkt
door de opzet van het tijdschrift als volgt te wijzigen. Per jaargang
worden een of twee nummers in hun geheel aan een min of meer
beperkt gebied van de geodesie gewijd; de andere nummers blijven on
gewijzigd. Van dit gebied worden eerst plaats, doel, historische groei
en recente en te verwachten ontwikkelingen geschetst, waarna gespeciali
seerde artikelen volgen. Litteratuuropgaven tenslotte kompleteren het
geheel. Op deze manier is het mogelijk om gebieden waarvan anders
slechts gedeelten verspreid gepubliceerd worden overzichtelijk naar
voren te brengen.
De redactie juicht deze gedachten toe en besloot een proef te nemen
met deze speciale afleveringen. Het eerste speciale nummer, dat hierbij
wordt gepresenteerd, is gewijd aan de fotogrammetrie. De keuze van dit
onderwerp hangt samen met het in juli 1968 in Lausanne gehouden
internationale fotogrammetrische congres. Naar volledigheid is in dit
nummer niet gestreefd. In hoeverre de in de vorige alinea omschreven
doelstelling gerealiseerd is, kan iedere lezer zelf nagaan.
Veel dank is verschuldigd aan Ir. W. Beekman die zich met de
samenstelling van dit nummer belastte, en aan Dr. ir. G. H. Ligterink
voor zijn medewerking hierbij. Tenslotte worden de lezers gevraagd
opmerkingen over dit speciale nummer en suggesties betreffende volgende
speciale nummers aan de redactie kenbaar te maken.
De Redactie
