87 spreker evenwel niet zo ernstig voor, omdat die rechthebbenden in verreweg de meeste gevallen hun medewerking onthouden, niet zo zeer vanwege de afstand van de grond alswel vanwege de onzeker heid omtrent de ligging van de toe te delen kavel. Overigens geldt dit steeds, daar het onmogelijk is grote blokken in hun geheel in uit voering te nemen. Wel kan een deel van de bezwaren worden onder vangen door integrale uitvoering van grote gedeelten van het blok in grote bestekken. Tervisielegging van partiële plannen van toedeling doet echter de door de Werkgroep aanbevolen officiële beschikkingsbevoegdheid van de toekomstige eigenaren vervallen. Hoewel de voordelen daar van in het bijzonder met het oog op bedrijfsfinanciering groot zouden zijn, ziet spreker toch ook belangrijke nadelen: 1In het rechtsverkeer zouden objecten worden geïntroduceerd met gedurende enkele jaren een onnauwkeurige en deels onzekere begrenzing en oppervlakte. In dit verband kan gewezen worden op de aandrang van de maatschappij op het kadaster de grenzen van gedeeltelijke kadastrale percelen zo spoedig mogelijk na de overschrijving van de akte op te meten en de oppervlakte te bepalen en vast te leggen. Het kadaster heeft zich thans tot taak gesteld een en ander binnen zes maanden na de overschrijving van de akte te verrichten. 2. Teneinde een volledige inhoud aan de beschikkingsbevoegdheid te geven zouden de zakelijke rechten als consorten, de blote eigendom, de beperkte zakelijke rechten en de pacht volledig moeten worden geregeld. Deze overwegend administratieve verrichtingen zouden de vaststelling van het gehele plan van toe deling vertragen. De Heer Van Lent meent dan ook dat het partiële grove toe delingsplan zich zou dienen te beperken tot de hoofdelementen: het toetsen van de kavelontsluitingswegen, detailwaterlopen en alternatieve landschapselementen aan de toedeling; de nieuwe gebruiksindeling. Daarbij dient na behandeling van bezwaren tegen het partiële plan door de plaatselijke commissie de mogelijkheid te bestaan van beoordeling door een onafhankelijke rechter. Gedacht zou nog kunnen worden aan een behandeling in beroep door de C.C.C., doch de huidige praktijk bewijst dat deze bij hantering van art. 54 er voor waakt zelfs maar de indruk te wekken, dat zij in de plaats treedt van de rechter die met de vaststelling van het definitieve plan van toedeling is belast. Spreker meent dat het meest in aan merking komt de rechter-commissaris. Hem zou de bevoegdheid moeten worden toegekend een voorlopige beslissing te nemen, daarbij inbegrepen eventuele wijziging van het partiële plan van grove toedeling. De ingediende bezwaren zullen later bij de tervisie-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1969 | | pagina 89