135 kan zijn; b) het aangeven van mogelijkheden die door de moderne meet- en rekenhulpmiddelen worden geboden om nieuwe en ver beterde methoden van puntsbepaling ingang te doen vinden. Om de ontwikkeling op bepaalde gebieden duidelijk te doen uitkomen waren voor de inleiding van enkele onderwerpen sprekers uitgenodigd, die ook in Rome dat thema behandeld hadden, waar door een zekere continuïteit in de wijze van benadering werd verkregen (Bickmore, Linkwitz en Van Gent). Voor het veelomvattende werkgebied van commissie 5 waren de onderwerpen systematisch gerangschikt naar 9 hoofdthema's, die ieder in een aparte zitting werden behandeld. In dit verslag zou een te persoonlijke indruk worden uitgesproken als er één of meer onderwerpen uitgelicht werden. Daarom wordt voor een goede berichtgeving de voorkeur gegeven aan het volgen van de hoofdthema's met een korte aanduiding van elk referaat. Alleen de 24 „invited papers" worden genoemd. Daarnaast waren er nog ongeveer 20 „presented papers", persoonlijke of industriële bijdragen, waarvoor echter weinig tijd uitgetrokken kon worden, zodat met een korte toelichting of alleen de uitreiking moest worden volstaan. Op de zittingen kregen de inleiders van „invited papers" ge legenheid hun rapport toe te lichten, waarna er meestal voldoende tijd beschikbaar was voor discussie. In veel gevallen werd hiervan dankbaar gebruik gemaakt om persoonlijke inzichten te uiten. 1. Nieuwe instrumenten. 1. a) H. Draheim: Prasidial Bericht. Na een beschouwing over het werk van commissie 5, wordt in een samenvatting van zeven nationale rapporten aandacht besteed aan de grote invloed van de elektronica op de instrumentenbouw en de automatisering. Het gebruik van kleine elektronische reken machines blijkt sterk toe te nemen. Bij de bespreking van afstandmeters worden als nieuwe instru menten de Tellurometer-MRA4, de Ertel-Distameter en de Zeiss- SM11 genoemd, en het vermoeden uitgesproken dat er op de ten toonstelling in London wel meer zullen zijn. (Dit blijkt juist, want het meest opmerkelijke daar, was de introductie van de elektro- optische afstandmeters van Wild, Askania, fena-Optik en Tel- lurometer, naast de verbeterde constructies van de Zeiss-SMn, de AGA-Geodimeter en de Engelse Mecometer). Interessant zijn de opmerkingen over een enquete die gehouden werd bij de industrie betreffende de aankondiging en de omschrijving van kwaliteiten van vervaardigde instrumenten. 1. b) E. Lang: Der Codetheodolit und sein Einsatz in der Hessischen Flurbereinigung. De bekende voorvechter van de geautomatiseerde tachymetrische meet- en uitwerkingstechniek geeft een grondig overzicht van in strumentarium, werkwijze en resultaten.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1969 | | pagina 41