i6o
Op 29 maart 1968 werd in Utrecht samen met de Vereniging van Direc
teuren van Gemeentewerken een vergadering gewijd aan het onderwerp
„De kwaliteit van het door de gemeentelijke diensten gebruikte kaart
materiaal". 's-Morgens werden achtereenvolgens inleidingen gehouden door
Ir. M. P. Blaauw („De kaarten, waarmee wij moeten werken"), Prof.
ir. G. F. Witt („De wenselijkheid van een centrale leidingenregistratie")
en Ir. R. J. Rienks („Problemen, waarvoor de gemeentelijke landmeter zich
gesteld ziet"). De voordrachten werden gepubliceerd in het Tijdschrift voor
Kadaster en Landmeetkunde. 's-Middags werd door een forum een groot
aantal vragen beantwoord.
In de week van 6-10 mei 1968 werd onder auspiciën van de N.L.F. in Delft
een post-academiale cursus „waarnemingsrekening" gehouden. Het aantal
deelnemers bedroeg 30.
Op 7 juni 1968 werd in Delft een studiedag gehouden waarvoor ook de
leden van het Nederlands Genootschap voor Landmeetkunde werden uit
genodigd. Onderwerp van bespreking waren het studieresultaat van N.L.F.-
werkgroep 4 (electronische afstandsmeting) en een onderwerp op het terrein
van N.L.F.-werkgroep 3 (deformatie- en andere technische metingen).
Het verslag van de werkzaamheden van N.L.F.-werkgroep 4 werd tevoren
aan alle leden en deelnemers toegezonden. In de morgenuren werd een drie
tal voordrachten gehouden door leden van werkgroep 4, te weten Ir. J.
C. de Munck („Fysische achtergronden van microgolfmeters"), Ir. G. A.
van Wely („technische en economische vergelijking van verschillende
soorten afstandsmeters") en R. Boot („Plaatsbepaling van booreilanden op
de Noordzee"). De tekst van deze voordrachten werd gepubliceerd in het
Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, jg. 1968, blz. 430 e.v. 's-Mid-
dags hield de heer G. Oostenrijk van Werkspoor N.V. een voordracht
over „Het nieuwe meerpunts-precisiewaterpas Nivelmatic". Deze voordracht
werd opgenomen in het Tijdschrift, jg. 1968, blz. 212 e.v.
Na afloop van het wetenschappelijk programma vond de huishoudelijke
vergadering plaats. Het verslag van deze vergadering, dat tevens een beeld
geeft van de overige aktiviteiten van de Federatie, werd gepubliceerd in
het Tijdschrift, jg. 1968, blz. 257-259.
Van 2-12 september 1968 werd in Londen het 12de F.I.G.-congres ge
houden. Korte verslagen van de werkzaamheden van de 9 commissies, op
gesteld door onze rapporteurs, zullen in het Tijdschrift worden gepubliceerd.
Van Nederlandse zijde werd ook deelgenomen aan de tijdens het congres
georganiseerde technische tentoonstelling. De N.L.F. is veel dank verschul
digd aan de Topografische Dienst, de Directie Kadaster en Hypotheken, de
Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, het I.T.C., de Koninklijke
Nederlandse Heidemaatschappij, de N.V. Grontmij en de Gemeente Rotter
dam die met elkaar de Nederlandse inzending tot een succes hebben gemaakt.
Op 15 november 1968 werd in samenwerking met de Vereniging voor
Agrarisch Recht en de Sectie en Studiekring voor Cultuurtechniek een
gecombineerde vergadering in Utrecht belegd ter bespreking van het rapport
uitgebracht door de Werkgroep „Balans Ruilverkavelingswet"Aan dit
rapport, dat in extenso werd gepubliceerd in het oktobernummer 1968 van
het Tijdschrift, werden kritische beschouwingen gewijd door Ir. S. Her-
weijer, Directeur van de Cultuurtechnische Dienst; Ir. W. J. J. van Lent,
Hoofd van de Kadastrale RuilverkavelingsdienstIr. Th. Quené, Directeur
van de Rijks Planologische Dienst en Prof. mr. J. M. Polak, Hoogleraar in
het Agrarisch Recht aan de Landbouwhogeschool te Wageningen. 's-Middags
werd door een forum bestaande uit een vijftal leden van de Werkgroep
gereageerd op de 's-morgens gehouden beschouwingen, waarna vervolgens
een aantal vragen werd beantwoord.
de secretaris van de N.L.F.
Ir. D. van der Wulp.