193
nog van de vaagheid van een doelstelling voor het gehele
wetenschappelijke onderwijs.
Wanneer men het eens is over de doelstelling heeft men een
basis van waaruit de gehele studie opgebouwd kan worden,
of nu de studie er reeds is de gehele opleiding onderzocht
kan worden. De doelstelling zal o.a. richting moeten geven aan
drie mogelijke indelingen van de studie:
I.i. De horizontale en verticale uitgebreidheid van de studie
I.i.a Onder horizontale uitgebreidheid wordt verstaan de af
bakening naar aantal objecten waarmee de studie zich
moet bezighouden, de kwantiteit. De opleiding moet zich
beperken, het is niet de bedoeling kompjuterinzenjeurs,
ekonomen, juristen op te leiden. Dit kan veel beter
gedaan worden door de daarvoor specifieke opleidingen.
1.1.b Onder verticale uitgebreidheid wordt verstaan de diepte
waarmee de stof behandeld wordt.
Bij deze indeling kan misschien elementair verschil
tussen de TH en de HTS aan het licht gebracht worden.
Aangezien er een TH en een HTS opleiding is, is het
logisch dat naast de TH ook de HTS deelneemt aan het
gesprek over de opleiding.
1.2. Bovendien laten de gedoseerde vakken zich grofweg in
tweeën delen nl. die welke als basiskennis gegeven wordt
en niet door geodeten als wetenschap ontwikkeld worden,
en die welke wel specifiek op geodetisch terrein liggen en
ook door geodeten verder ontwikkeld worden. Het is
duidelijk dat er een grote wisselwerking tussen de twee
groepen is.
1.3. De derde indeling die gemaakt kan worden, is het onder
scheid tussen doktoraal opleiding en post-akademiaal
onderwijs. Tot nog toe is het post-akademiaal onderwijs
herscholing geweest, terwijl het bij een meer basisoplei
ding tot bijscholing kan worden, met uiteraard een deel
herscholing. Het doel van de post-akademiale kursussen
zal kunnen veranderen. Daarmee hangt ook het aantal
en de frekwentie samen.
In de doelstelling zal naar voren moeten komen de wissel
werking van maatschappij en opleiding.
II De studiedag moet een concreet doel hebben. Dit moet duidelijk
zijn voor degenen die eraan deelnemen. De indeling van de dag
is dus belangrijk.
Van te voren moeten de deelnemers zeer goed op de hoogte
gebracht worden van dit doel, door het toezenden van in
formatie. Deze informatie is tweeledig, nl. wat betreft onder
werpen en wat betreft de te voeren diskussie-technieken.
Het lijkt weinig zinvol eerst een aantal sprekers die een rede
voorlezen en direkt daarna diskussie. Wanneer de redes rond
gestuurd, en door de leden bestudeerd zijn, kan de diskussie