i
/JLI
standaardafwijking bedroeg 0,2 mm per km enkele waterpassing.
De korrekties van niveauvlak naar het raakvlak in de middenpijler
werden op de gebruikelijke wijze aangebracht.
V e\A
x
ad g)
Oostelijk van de tiende vaste telescoop begint een railbaan
van 300 m lengte voor twee rijdende telescopen. De verplaatsing
verloopt in de lijn van de vaste telescopen. Bij de uitlijning van
de twee hiervoor gebouwde rails wordt gebruik gemaakt van
aligneermethode van Van Heel. Voor de opstelling van de appa
ratuur dienen aan het begin en eind van de beide rails meetpijlers
met centreerplaten gebouwd te worden.
De ligging in Oost-West richting komt er niet op aan, maar de
y- en de z- koördinaat van het instelmerk, passend in de centreer-
plaat, vragen hun millimeter-nauwkeurigheid.
De y-koördinaat voor de noordelijke rail wordt vanuit de schaduw
lijn afgesteld. In de schaduwlijn zijn dus twee pijlers nodig; aan de
westzijde een extra pijler, aan de oostzijde kan de oostpijler ge
bruikt worden. De uit te zetten afstanden zijn natuurlijk hellend
en ongeveer 9,5 m lang.
De centreerplaten voor de zuidelijke rail worden uit die van de
noordelijke rail afgesteld. Hier is de uit te zetten afstand precies
horizontaal en ongeveer 21 m lang.
De invardraad met zijn lengte van 24 m kan hier niet gebruikt
worden. Daarom is gewerkt met een invarband, waarbij op de
o, 9.40 m, 10 m, 20 m en 21 m plaatjes een 10 cm lange verdeling
is aangebracht.
Voor ijking van de 10 en 20 m afstanden is gebruik gemaakt van
de ijkbasis. Hierin was namelijk ook een afstand van 120 meter
door meetpijlers gefixeerd. Deze afstand was over 60 m onder
verdeeld met houten palen om de 10 m, de andere 60 m had houten
palen om de 20 m. De meting vond zonder banddoorhang over de
bestaande pijlers plaats waarbij de band over op hoogte gestelde
vorken lag. De 20 m ijkkorrektie kwam uit het 120 m lange stuk,
waarbij het 60 m merkteken in afstand bekend werd. Dit diende
weer als ijkbasis voor de bepaling van de 10 m ijkkorrektie.
Voor de kleine afstanden van 9,4 m tot 10 m en van 20 m tot
219
schaduwlijn S
WESTPIJLER p MIDDENPIJLER
3t ->■E3—
I
Pb Pa
Fig. 5. Controlemeting t.b.v. de lmlpmeetmerken