Het uitzetten van de railbaan voor de beweegbare telescopen 226 A. VAN MILAAN, Technisch Physische Dienst T.N.O.-T.H. Inleiding De zeer hoge nauwkeurigheid waarmede alle telescopen op één lijn moeten komen, vereist dat de twee rails zoals reeds in de voorgaande artikelen zijn genoemd, ten minste dezelfde nauw keurigheid in rechtheid en plaats moeten hebben. De afwijking die beide rails mogen hebben ten opzichte van de gewenste rechte is zowel horizontaal als verticaal dn °>5 mm- De Technisch Physische Dienst TNO-TH ontving het verzoek van de Stichting Radiostraling van Zon en Melkweg te Leiden, de metingen aan deze rail op zich te nemen, opdat de bouwer Bronswerk Feijenoord de nodige correcties kon aanbrengen. De absolute plaats van de rail ten opzichte van de Oost-West lijn van de vaste radiotelescopen was ons gegeven door het landmeet kundig bureau „van Steenis" door middel van vier vaste punten aan de uiteinden van beide rails. Meetmethode Na een voorstudie met diverse meetmethoden, werd uiteindelijk beslist dat gebruik zou worden gemaakt van het basisprincipe van de aligneermethode van Van Heel met zoneplaat. Deze beslissing is gebaseerd op de volgende overwegingen Bij metingen met een nauwkeurigheid kleiner dan één mm over een dergelijk grote afstand, is de grootste foutenbron de niet homogene temperatuur van de lucht waar doorheen wordt gemeten. De meest gunstige tijd is de nacht met een bewolkte hemel, waar door er geen bestraling (zon) of uitstraling (heelal) is. Dit heeft het gevolg dat een meetmethode gebruikt dient te worden met licht. Ten tweede dient er zo min mogelijk te worden gerekend om aan de juiste correctie van de rail te komen. Hierdoor komt alleen een vaste optische opstelling in aanmerking met een richtkijker. De scherpte-instellingen voor de verschillende objectafstanden brengen echter meetfouten met zich mee, waardoor de aflees- nauwkeurigheid over zulke grote afstanden niet voldoende is. Een van de beste richtkijkers heeft ongeveer een maximum meetafstand van 30 meter en het meten van de gehele afstand in stappen van 30 meter, geeft een bedenkelijk resultaat. Door deze genoemde technische gebondenheid bleven ons slechts 2 bekende meetprincipes over, nl.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1969 | | pagina 24