andere afstand tussen de elementen langs de O-W basislijn, zal
een cirkelvormig vlak opvullen met een diameter die gelijk is aan
de grootste afstand tussen de elementen. Bedenk dat niet alleen
alle afstanden maar ook alle oriëntaties tussen de elementen moeten
worden bestreken. Daarom is de gesynthetiseerde apertuur de cirkel
met AB als middellijn. De behandeling van de waarnemingen in de
computer verloopt verder analoog aan die in het eerste voorbeeld.
De methode met gebruik van de aardrotatie wordt wel super
synthese genoemd.
In Cambridge is een instrument dat volgens dit principe werkt,
reeds enige jaren in gebruik. Twee parabolische antennes van 18
meter diameter zijn op 750 m van elkaar opgesteld, terwijl een derde
verrijdbaar is over een railbaan van eveneens 750 m. Voor een
volledige synthese van de apertuur met 1500 m diameter zijn
ongeveer 65 halve dagen waarnemen benodigd. Het instrument
heeft, door zijn grote scheidend vermogen, een aantal opvallende
nieuwe resultaten opgeleverd.
4. De SRT te Westerbork
De Synthese-Radiotelescoop (SRT) te Westerbork is een instru
ment van precies hetzelfde type, doch met een aantal belangrijke
verbeteringen. De SRT bevat twaalf elementen, parabolische
antennes met 25 m diameter in een Oost-West lijn opgesteld.
Tien daarvan zijn vast opgesteld op een onderlinge afstand van
144 m, terwijl twee elementen verrijdbaar zijn over een 300 m
lange railbaan, die direct op element no. 10 aansluit. De totale
basislijn is 1600 m lang.
Elk van de twee verplaatsbare elementen vormt met ieder
211
aardas
\B
Fig. 3. Het super-synthese principe. De basislijn AB verandert van richting
door de draaiing van de aarde. In het apertuurvlak beschrijft B een ring om A.
Door de lengte van AB te veranderen, kan men het gehele vlak opvullen