339 figuur 8: 14 minuten; de kaartering van alle koördinaten op schaal 1: 3,5 miljoen: 76 minuten. b) Een lijnkwaliteit welke met de hand niet te bereiken is c) Eenvoudige middeling van koördinaten, welke evenredig ver loopt met de schaalfaktor. Bij het gebruik van de rekenautomaat is kaartering van de éne afbeeldingsmethode in de andere een eenvoudige zaak (bijv. van de stereografische in Lambert Conformal), door in het programma de omrekeningsformules op te nemen, terwijl een oppervlakte berekening eventueel gemakkelijk is uit te voeren, daar de koördi naten van de punten van de omtrek bekend zijn. Ir. J. DUBBELD, De Breithaupt komparator voor het ijken van 2 meter- basishaken Het is gebruikelijk het instrumentarium waarmee men dagelijks werkt regelmatig te kontroleren. Enkele van deze kontrole-werk- zaamheden zijn het ijken van meetbanden, het bepalen van de konstanten van een tachymeter en het meten van de afstand tussen de beide richtmerken op een basisbaak. Wanneer de baaklengte van een basisbaak bepaald moet worden uit een gegeven lengte en enige te meten parallaktische hoeken, is het moeilijk te voldoen aan de gewenste precisie (methode Kobold). SUMMARY The structural generalization of the outline of the Netherlands was the subject of a small experiment, undertaken bij the Geographical Institute of the University of Utrecht, to test the possibilities of the use of a computer in generalization processes. To that end, 5000 points of the outline were read in x, y coordinates with the digitizer HAROMAT of Hagen Systems, Rotter dam, from the topographical map 1:25.000. These 5000 points have been plotted with a ZUSE GRAPHOMAT on the scales 1:600.000, 1:1,5 milj and 13,5 mil. Six different programmes were used in order to study the various results, viz a) the plotting of all pointsb) plotting of the mean value of two successive coordinates; c) id. of three successive coordinates; d) id. of five successive coordinates; e) id. of six successive coordinates; f) id. of twelve successive coordinates. The results have been compared with the manual generalization as dis played on the general maps of the Netherlands in the Atlas, van Nederland, scales 1600.000 and 1:1 J- milj. (fig. 1-6) while the result of plotting with the programmes e and f was observed by mutual comparison. Conclusions drawn from this experiment reveal that differences in identifi cation form the main source of discrepancies between manual and automat- tical generalization. Further, that a programme based on the plotting of the mean values of five successive coordinates is still acceptable for the outline of the Netherlands, provided that the intervals of the digitized point are not larger than one cm. Once the digitizing and programming has been completed, the automatic plotting of the generalization saves a considerable amount of time and eliminates subjective arbitral operations. Wetenschappelijk medewerker ie klas aan de Technische Hogeschool te Delft:

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1969 | | pagina 27