En hoe staat het met de geodetische studenten, die toch ook vrij veel rechtsonderwijs te verwerken krijgen Er ontbreekt blijkbaar aan dat onderwijs nog wel iets, want tot mijn schrik kwam ik enkele weken geleden van hun zijde de bewering tegen, dat het recht geen maatschappijwetenschap zou zijn, zulks in tegenstelling tot sociolo gie, psychologie en filosofie. Wat verstaat men eigenlijk onder de maatschappij, als het geheel van maatschappelijke normen, dat recht heet, daarmee niets meer heeft uit te staan Intussen ga ik er nog maar van uit, dat de maatschappij eenvoudig is de alledaagse samenleving van alledaagse mensen. Wat zijn nu de meest spectaculaire ontwikkelingen in die samenleving, voorzover voor kadaster en landmeetkunde van belang zijnde Wel ik meen dat die ontwikkelingen zowel op de stadsinrichting als op de landinrich ting betrekking hebben. Om maar met de landinrichting te beginnen, wij beleven daarin momenteel de interessante ontwikkeling, dat ruil verkaveling voor urbane landelijke gebieden niet de juiste vorm van landinrichting wordt geacht, zodat gezocht wordt naar een nieuwe verkavelingsvorm, hetzij als combinatie van onteigening en ruil verkaveling, hetzij als tussenvorm daarvan De lex specialis voor Midden-Delfland, aan de voorbereiding waarvan ook vertegenwoor digers van de kadastrale ruilverkavelingsdienst medewerken, kan dienen als proefobject voor een meer algemene verkavelingswet geving voor urbane landelijke gebieden. Duidelijk is dat, wat er uit eindelijk ook uit de bus komt, in ieder geval de medewerking van het kadaster ook bij de uitvoering van deze wetgeving niet gemist zal kunnen worden. Wat de stadsinrichting betreft, ook te dien aanzien staan wij momenteel op een belangrijk kruispunt van wegen, doordat het accent in de toekomst steeds meer zal verschuiven van de stads uitbreiding naar de stadsvernieuwing. Die vernieuwing kan het karakter dragen van een sanering, d.i. een verbetering van een be bouwde kom of gedeelte daarvan uit een oogpunt van volkshuis vesting, danwel van een reconstructie, d.i. een verbetering van de stedebouwkundige structuur van een bebouwde kom of gedeelte daarvan 2). De problemen rond de stadsvernieuwing zijn in zoverre nieuw, dat ons land nog nooit eerder op zo grote schaal daarmee is geconfronteerd, zulks in tegenstelling tot ons omringende landen die meer ervaring hebben opgedaan met de wederopbouw van door oor log verwoeste steden. Een verschil met die wederopbouw is welis waar, dat het gemakkelijker is vanaf puinhopen tot vernieuwing over te gaan dan vanuit krotten waarin toch altijd nog wordt ge woond en gewerkt. Niettemin zullen wij van het buitenland toch 12 x) Zie daarover het Rapport van de Werkgroep Balans Ruilverkavelings- wet, p. 323-326, de bespreking daarvan in T.v.K. en L. 1969, p. 83-84, en mijn artikelen over de stedelijke her- en ruilverkaveling in Bouwrecht 1969, p. 410-413, speciaal p. 412 en p. 573-577. speciaal p. 577. 2) Vgl. art. 1 Besluit bijdragen reconstructie- en saneringsplannen d.d. 26 februari 1969, Stb. 87.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1970 | | pagina 14