Wat is nu de positie van de openbare registers als gevolg van deze kadastrale ontwikkeling Anders dan Nakken1) meent Rijtma, dat hier van functieverlies van de openbare registers niet kan worden gesproken, omdat deze als regel toch beslissend blijven voor dc rechtstoestand2). Ik ben dit niet met hem eens. Zeker, de eigen domsoverdracht geschiedt door overschrijving in de openbare registers en niet door overboeking in de kadastrale legger. Maar evenmin als de legger zijn de openbare registers voor wat de overige vereisten van een rechtsgeldige overdracht betreft beslissend. Ter wijl omgekeerd de legger weer aanwijzingen bevat omtrent andere rechtsverkrijgingen, die niet in de openbare registers voorkomen, zonder uiteraard ook te dien aanzien beslissend te zijn. Maar af gezien daarvan, de in het negatieve stelsel aan de openbare registers toegedachte zelfstandige betekenis t.o.v. het kadaster was die van registers voor titelonderzoek. Theoretisch is dat natuurlijk nog zo, maar als nu praktisch dat onderzoek maar zelden meer plaats vindt, dan hebben zij feitelijk die zelfstandige betekenis dus voor een belangrijk deel verloren. Daarentegen is de onzelfstandige betekenis van de openbare registers t.o.v. het kadas ter, t.w. die van registers voor de bijhouding daarvan, gelijkelijk met de maatschappelijke betekenis van het kadaster toegenomen. In feite is die betekenis thans veel groter dan die van enkele tienduizenden onvolledige titelonderzoeken per jaar. Alleen de Ruilverkavelingsdienst van het Kadaster kan daar al een minstens even groot aantal hectaren goed verkavelde landbouwgrond per jaar tegenover stellen. Voor mij zijn de openbare registers geen heilige koeien en het kost mij daarom geen enkele moeite hen bij de naam te noemen, die hun praktisch in de eerste plaats toekomt: hulpregisters van het kadaster 3). Slechts theoretisch kan men nog volhouden, dat zij primair registers voor titelonderzoek zijn. Maar ik kan mij, als dat de gemoederen beter bevredigt, ook vinden in de voorstelling van Rijtma4), volgens welke wij hier te doen hebben met één grond boekhouding, mits hij de door hem geponeerde ondergeschiktheid van het kadaster aan de openbare registers dan ook wil vergeten. Want de toegankelijkstelling van die registers is maar één van de tien juridische hoofddoeleinden van het kadaster, die ik hierna onder 4 zal noemen. 3. Privaatrecht en kadaster Men kan zich intussen afvragen of het nog wel zin heeft, met name in het kader van het nieuwe B.W., zo krampachtig vast te houden aan de constructie van het negatieve stelsel, wanneer die 23 4) Zie ook W.P.N.R. nos. 4581 en 4582. 2) Zie Rijtma, Het kadaster, p. 116-117 en W.P.N.R. no 4968, p. 438-440. 3) Zie ook het Verslag van de Vereniging van Hypotheekbewaarders, W.P.N.R. no. 4925. 4) W.P.N.R. no. 4968, p. 440.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1970 | | pagina 25