32 of werden teruggeplaatst naar de troep, met uitzondering van 2, die de opleiding van de burgerverkenners, de topografen, gingen verzorgen. De heer Den Hengst bleef op deze wijze tot de voor- mobilisatie in 1938 bij de Topografische Dienst. Na de mobilisatie en de oorlogshandelingen in 1940 werd hij eind 1940 wederom te werk gesteld bij de Topografische Dienst. Op 15 mei 1942 werd hij weggevoerd in krijgsgevangenschap (Neurenberg, Stanis- lau en Neu Brandenburg). Na de oorlog ging hij op 1 mei 1947 over in burgerdienst en werd benoemd tot secretaris; op 1 november 1954 volgde zijn benoeming tot hoofd opnemingsdienst en, zoals reeds vermeld, op 1 Juli i960 die van direkteur. De grote veranderingen in de kaartvervaardigingsmethoden, voor een gedeelte reeds aangevangen onder zijn voorganger stimuleerde hij met kracht, waardoor de produktietijd van de kaarten werd verkort en een verdere natuurlijke afvloeiing van ±40 personeelsleden kon worden gerealiseerd. Het invoeren van de generalisatie van de kaart 1:50.000 en de uitgave van deze kaart in 3 trekkleuren kwam de kartografische vormgeving en de duidelijkheid zeer ten goede. Van een internationale kaartserie op de schaal 11250.000 werden 6 bladen vervaardigd als militaire uitgave. De indeling van deze serie maakte het noodzakelijk de indeling voor de civiele uitgave te wijzigen, opdat het gehele nederlandse grondgebied op de civiele kaarten zou kunnen voorkomen. Met het verschijnen van deze overzichtskaart kwam de zeer gedetailleerde, sedert 1870 bestaande, kaart 11200.000 te vervallen. In de 2e helft 1961 werd begonnen met de uitgave van de hoogte- kaart van Nederland op de schaal 1 :io.ooo. Deze kaart, waarvoor de Meetkundige Dienst van Rijkswaterstaat de hoogtegegevens verzamelt en bewerkt, met een dichtheid van ±1 hoogtepunt per ha, wordt bij de Topografische Dienst kartografisch bewerkt. Naar verwachting zal de gehele serie, bestaande uit ±655 bladen, omstreeks 1975 gereed zijn. Belangrijke aanschaffingen op het gebied van fotogrammetrische - en reproduktie-apparatuur konden tijdens het direkteurschap van de heer Den Hengst worden gerealiseerd, waardoor, mede door een aantal verbouwingen in het bedrijf, de efficiency duidelijk werd verbeterd. Door de politieke omstandigheden moest helaas in 1962 de kaartering op de schalen 1:100.000 en 1:1.000.000 van het voor malige Nederlands Nieuw-Guinea worden stopgezet. Dit was des te spijtiger omdat dit grote werk binnen 2 jaar beëindigd zou zijn.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1970 | | pagina 34